Toon items op tag: Verenigde Naties

In september 2012 werd bekend dat minister Opstelten het hele Nederlandse politiekorps met Taser-wapens wil gaan uitrusten. Op verzoek van Stichting Privacy First dient Nederland zich hierover deze week te verantwoorden bij het VN-Comité tegen Marteling.

Eén van de belangrijkste en meest geratificeerde mensenrechtenverdragen ter wereld is het VN-Verdrag tegen Marteling uit 1984. Onder dit verdrag is marteling altijd en onder alle omstandigheden verboden. Een ieder die zich waar dan ook ter wereld aan marteling schuldig (heeft ge)maakt dient te worden vervolgd of te worden uitgeleverd. Dat geldt ook voor ambtenaren, ministers, presidenten en staatshoofden. Nederland is sinds 1988 partij bij dit verdrag. Periodiek wordt iedere verdragspartij onder de loep genomen door het toezichthoudende verdragsorgaan in Genève: het VN-Comité tegen Marteling. Uitspraken van het VN-Comité vormen gezaghebbende richtsnoeren voor de naleving en interpretatie van het verdrag. Deze dinsdag en woensdag is Nederland “aan de beurt”: op dinsdag zal Nederland door de Comitéleden over diverse onderwerpen aan de tand worden gevoeld, gevolgd door antwoorden van de Nederlandse regeringsdelegatie op woensdag. Vervolgens zal het Comité een reeks kritische aanbevelingen (“Concluding Observations”) aan Nederland doen.

Ter voorbereiding van de Nederlandse sessie stuurden Stichting Privacy First, het College voor de Rechten van de Mens en het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten (NJCM) onlangs zogeheten ‘schaduwrapportages’ over Nederland naar het Comité in Genève. Zowel Privacy First als het NJCM stelden hierbij de kwestie van Taser-wapens (stroomstootwapens) bij de Nederlandse politie nadrukkelijk aan de orde. Privacy First deed dit middels een speciale brief aan het Comité; klik HIERpdf. In deze brief attendeert Privacy First het Comité op de intentie van minister Opstelten om iedere Nederlandse politieagent binnenkort een eigen Taser-wapen te geven. (Nu zijn nog ‘slechts’ de arrestatieteams van de Nederlandse politie met Taser-wapens uitgerust.) In de optiek van Privacy First kan het gebruik van Taser-wapens immers gemakkelijk leiden tot schending van het internationale verbod op foltering (marteling van overheidswege) en het daaraan verwante recht op lichamelijke integriteit (dit laatste recht is onderdeel van het recht op privacy). Taser-wapens verlagen immers de geweldsdrempel en laten nauwelijks uiterlijke sporen achter. Tegelijkertijd kunnen Taser-wapens ernstige fysieke en mentale schade veroorzaken. In combinatie met het huidige gebrek aan wapentraining bij de Nederlandse politie levert dit ernstige risico’s op voor de Nederlandse bevolking. Wij hebben het VN-Comité dan ook verzocht om de Nederlandse delegatie hierover kritisch te ondervragen en Nederland te adviseren om géén Taser-wapens voor het hele Nederlandse politiekorps in te voeren. Afgelopen vrijdag vernam Privacy First vanuit Genève dat het VN-Comité dit onderwerp inderdaad kritisch aan de orde zal gaan stellen. Privacy First zal u deze week graag van e.e.a. op de hoogte houden.

Update 13 mei 2013, 23.00u: een livestream van de sessie is te volgen via deze hyperlink (dinsdag 10-15u, woensdag vanaf 15u).

Update 14 mei 2013, 15.00: vandaag werd de Nederlandse delegatie in Genève (onder leiding van de Nederlandse Permanente Vertegenwoordiger bij de VN) kritisch door het Comité ondervraagd over tal van onderwerpen, waaronder... Tasers. De Nederlandse antwoorden volgen morgenmiddag om 15.00u. Hieronder de relevante fragmenten in tekst en mp3:  

Comitélid Nora Sveaass (Noorwegen): “I then want to bring the attention to something that I’ve been informed of, namely that the State [of the Netherlands] is planning on a pilot of using Taser weapons as a regular weapon within the police force. And the pilot is supposed to take place, I understand, the last half of this year, so it’s probably just around the corner. This Committee has on many different occasions warned against the use of Tasers, both in special situations and especially as a regular weapon to all the police, as I understand the plans are. And there are a lot of reasons for this, I won’t go into the detail, because these have been described both by this Committee and by a lot of others, because, first of all, health reasons, physical as well as psychological. So I would hope that you would rethink and perhaps change the decision of implementing a pilot and also doing it in practice.”
Audio:

Comitélid Fernando Mariño Menéndez (Spanje): “I’m also concerned by the decision that we’ve heard about to generalize the use of Tasers by all regular police officers, as just referred to by Mrs. Sveaass, that the Tasers will be used as an [armament] for standard use across the Kingdom of the Netherlands. That’s our understanding, perhaps we’re wrong, perhaps there is a special protocol governing the use of Tasers. Our position as a Committee is that Tasers shouldn’t be used at all. If they are to be used, and this seems to be dangerous, then they need to be used in very specific cases and properly regulated. We’d like to know what’s happening in the Kingdom of the Netherlands.”
Audio:


Update 14 mei 2013, 16.45u: vanmiddag werd Privacy First-medewerker Vincent Böhre over dit onderwerp geïnterviewd op jongerenzender FunX. Beluister hieronder het hele fragment:



Update 15 mei 2013: vanmiddag vond de Nederlandse 'repliek' plaats op de vragen die het VN-Comité gisteren stelde. In onderstaand audiofragment hoort u hoe de Nederlandse Permanente Vertegenwoordiger in Genève de risico's van de Nederlandse plannen rond Taser-wapens ontkent en bagatelliseert. De Comitéleden zagen hierin geen aanleiding om hun kritische opmerkingen van gisteren af te zwakken of in te trekken. Privacy First verwacht dan ook dat het Comité in zijn spoedig uit te vaardigen Concluding Observations scherpe kritiek op de Nederlandse Taser-plannen zal uiten. Het Comité publiceerde vanavond overigens alvast een persbericht over de Nederlandse sessie; klik HIER.



Update 16 mei 2013: Een volledige videoregistratie van beide zittingsdagen van het VN-Comité staat HIER online. De Concluding Observations van het Comité over Nederland volgen pas op vrijdagmiddag 31 mei (uiterlijk 3 juni) as., zo vernam Privacy First vandaag telefonisch vanuit Genève.

Update 22 mei 2013: naar aanleiding van de Nederlandse sessie bij het VN-Comité vorige week heeft D66 vandaag alvast een reeks kritische Kamervragen ingediend bij minister Opstelten; klik HIER.

Update 31 mei 2013: Zoals eerder door Stichting Privacy First was voorspeld en zoals vanavond is bericht door EenVandaag heeft het VN-Comité tegen Marteling zich vanmiddag negatief uitgesproken over de plannen van minister Opstelten om de hele Nederlandse politie met Taser-wapens te gaan uitrusten:

The Committee is concerned about the pilot plan to be reportedly launched to distribute electrical discharge weapons to the entire Dutch police force, without due safeguards against misuse and proper training for the personnel. The Committee is concerned that this may lead to excessive use of force (arts. 2, 11 and 16). The Committee recommends to the State party, in accordance with articles 2 and 16 of the Convention, to refrain from flat distribution and use of electrical discharge weapons by police officers. It also recommends adopting safeguards against misuse and providing proper training for the personnel to avoid excessive use of force. In addition, the Committee recommends that electrical discharge weapons should be used exclusively in extreme limited situations where there is a real and immediate threat to life or risk of serious injury, as a substitute for lethal weapons.” (par. 27. Klik HIER voor het hele document.)

Stichting Privacy First hoopt dat deze afwijzende stellingname van het VN-Comité zal leiden tot een heroverweging en stopzetting van de Nederlandse plannen om iedere Nederlandse politieagent met een Taser-wapen te gaan uitrusten. Tevens hoopt Privacy First dat de aangekondigde pilot terzake niet zal worden uitgevoerd.

sitestat

Gepubliceerd in Wetgeving

Vanochtend vond in Genève de langverwachte Universal Periodic Review (UPR) van Nederland bij de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties plaats. In de aanloop naar deze 4-jaarlijkse sessie hadden Privacy First en diverse andere organisaties hun privacyzorgen over Nederland uitgebreid kenbaar gemaakt bij zowel de VN als bij vrijwel alle VN-lidstaten; meer hierover kunt u HIER lezen. De Nederlandse delegatie bij de UPR-sessie werd geleid door minister Liesbeth Spies (BZK). Opvallend in het opening statement van minister Spies was de volgende passage over privacy:

"The need to strike a balance between different interests has sometimes been hotly debated in the Dutch political arena, for example in the context of privacy measures and draft legislation limiting privacy. The compatibility of this kind of legislation with human rights standards is of utmost importance. This requires a thorough scrutiny test, which is guaranteed by our professionals and institutions. Improvements in this regard have been made when necessary, especially in the starting phase of new draft legislation. This has been done in the field of privacy, where making Privacy Impact Assessments (PIAs), describing the modalities for the planned processing of personal data, are compulsory now." (pp. 5-6, cursivering SPF)

Een "thorough scrutiny test" en verplichte Privacy Impact Assessments zijn de termen die Privacy First hierin positief opvielen.

Voorafgaand aan de UPR-sessie had het Verenigd Koninkrijk reeds de volgende vraag aan Nederland voorgelegd: "Given recent concerns about data collection and security, including the unintended consequences of cases of identity theft, does the Netherlands have plans for measures to ensure more comprehensive oversight of the collection, use and retention of personal data?" (Bron) Namens Nederland beantwoordde minister Spies deze vraag vanochtend in Genève als volgt: "On the review of our laws on data protection, The Netherlands are currently working on a legislative proposal on data breach notification, following announcements of this proposal in the present coalition agreement. The proposal, which would require those responsible for personal data to notify the data protection authorities in case of "leakage" of personal data with specific risks for privacy (including identity theft), is expected to be tabled in Parliament in the coming months." Dit antwoord is nogal summier en bevat helaas geen nieuws. Wel zal een nieuwe Nederlandse wet met een meldplicht voor datalekken hopelijk ook als best practice voor andere VN-lidstaten kunnen gaan gelden. De credits hiervoor gaan naar onze collega's van Bits of Freedom die zich hiervoor lang hebben ingezet.

Tijdens de UPR-sessie noemde Estland de bescherming van privacy en persoonsgegevens een "human rights challenge of the 21st century". Het onderwerp privacy werd vervolgens kritisch aan de orde gesteld door Marokko: "Quelles sont les mesures concrètes entreprises par les autorités néerlandaises pour sécuriser l'utilisation des donnés personnelles?" De Filippijnen brachten het recht op privacy eveneens ter sprake, maar slechts als volgt: "The Philippine delegation appreciates the frank assessment of the Netherlands of the obstacles and challenges it has to hurdle in the implementation of the right to privacy especially in the area of protection of personal information." Kwalitatief beter was het commentaar van Griekenland, India, Rusland en Oezbekistan. Griekenland stelde preventief fouilleren aan de orde: "We take note of reports regarding the issue of preventive body searches. We recommend that the Netherlands ensure that in its application of preventive body searches, all relevant human rights are adequately protected, in particular the right to privacy and physical integrity and the prohibition of discrimination on the basis of race and religion." India sprak Nederland aan op het etnisch profileren van burgers: "We encourage the Dutch Government to take concrete measures to combat discrimination including discrimination by the Government such as ethnic profiling." Ook Rusland adviseerde Nederland "to introduce measures to stamp out discrimination arising as a result of the practice of racist, ethnic or religious profiling." Oezbekistan sprak Nederland hier eveneens op aan: "We are concerned over the existence of information on the increasingly broad use by the police of racist profiling."

Ter reactie op deze punten verwees minister Spies naar recente Nederlandse onderzoeken door politie, wetenschappers en de Nationale, Amsterdamse en Rotterdamse Ombudsman over preventief fouilleren, discriminatie en 'ethnic profiling'. Over digitale profiling (in het algemeen) verklaarde zij bovendien het volgende: "In its recent proposal for a general Data Protection Regulation, the [European] Commission has included rules on profiling, which can address the problems associated with profiling and the protection of personal data. The Netherlands endorses the need for clear legislative rules with regard to this topic, given the specific challenges for privacy protection that this technique entails. This is also the background against which the Netherlands welcomed in 2010 the Council of Europe Resolution on this topic, which contained a useful definition of profiling that would also be beneficial for inclusion in the [European] Commission proposals. The Netherlands will draw attention to this ongoing discussion in Brussels. The Regulation, once in force, will be directly applicable in the Netherlands." 

Al met al vormt dit een redelijke oogst indien men zich realiseert dat het thema privacy bij de VN-Mensenrechtenraad tot nu toe vrijwel geen rol speelde. Wel is het jammer om te moeten constateren dat de meeste landen dit onderwerp nog altijd nauwelijks durven te benoemen, laat staan er concrete, kritische vragen over stellen. Veel aanbevelingen van Privacy First zijn tijdens de UPR-sessie onbesproken gebleven, terwijl diplomaten in Genève en Den Haag er eerder uitgebreide interesse in hadden getoond. Wellicht is men alsnog "teruggefloten" vanuit de departementen in de diverse hoofdsteden, omdat veel privacykwesties ook in eigen land gevoelig liggen? Wie zal het zeggen... Feit blijft echter dat de internationale gemeenschap ruimschoots door Privacy First over e.e.a. is ingelicht en dat de Nederlandse VN-delegatie onder leiding van minister Spies mede daardoor "op scherp" stond. Dit kan het privacybewustzijn en de privacybescherming binnen en buiten Nederland alleen maar ten goede komen. Uiteindelijk is het ons daar allemaal om te doen.

Update 4 juni 2012: vanmiddag nam een werkgroep van de Mensenrechtenraad een concept-rapportage over de Nederlandse UPR-sessie aan. De definitieve versie van deze rapportage zal in september 2012 door de Mensenrechtenraad aangenomen worden, vergezeld van (onderbouwde) acceptatie of verwerping door Nederland per individuele aanbeveling in het rapport. Ook zal de Tweede Kamer nog over e.e.a. debatteren.

In totaal namen 49 landen aan de Nederlandse UPR-sessie deel. Opvallend was dat België, Italië en Oostenrijk niet aan de sessie deelnamen (België en Italië hadden zich eerder wel aangemeld). Wat Oostenrijk betreft is dit met name jammer omdat van alle VN-lidstaten juist Oostenrijk zich vooraf het meest geïnteresseerd had getoond in de schaduwrapportage van Privacy First en had laten doorschemeren een krachtige, algemene aanbeveling aan Nederland over het recht op privacy te kunnen doen.

Update 21 september 2012: vanochtend besprak de VN-Mensenrechtenraad de aanbevelingen aan Nederland en verklaarde de Nederlandse permanente vertegenwoordiger in Genève welke aanbevelingen door Nederland werden overgenomen of verworpen; zie dit VN-document en deze videoregistratie. De twee aanbevelingen van de Mensenrechtenraad die betrekking hadden op ethnic profiling en preventief fouilleren werden beide door Nederland overgenomen, en wel met de volgende toelichting:

ethnic profiling: "The Dutch government rejects the use of ethnic profiling for criminal investigation purposes as a matter of principle." En over profiling in algemene zin: "In its recent proposal for a General Data Protection Regulation, the European Commission included rules on profiling that address problems that may arise due to the increasing technical possibilities for in-depth searches of databases containing personal data. The Netherlands endorses the need for clear legislative rules on this subject, given the specific challenges for privacy protection that this technology entails." (Bron, 98.57 & n. 75).
- preventief fouilleren: "The power to stop and search is strictly regulated in the Netherlands. The mayor of a municipality may designate an area where, for a limited period of time, preventive searches may be carried out in response to a disturbance of or grave threats to public order due to the presence of weapons. The public prosecutor then has discretion to order actual body searches and searches of vehicles and luggage for weapons." (Bron, 98.74 & n. 95).

Zie tevens dit statement van het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten (NJCM) die ochtend (video). Evenals het NJCM betreurt Privacy First het gebrek aan overheidsconsultatie in de aanloop naar de UPR-sessie van vandaag.

Hieronder is de sessie van 31 mei jl. in zijn geheel te zien (klik HIER voor beeldfragmenten per land afzonderlijk):

Gepubliceerd in Wetgeving

Vandaag verzond Privacy First onderstaande email aan de EPD-woordvoerders in de Tweede Kamer:

Geachte Kamerleden,

Op dinsdag 13 december as. vindt een belangrijk Algemeen Overleg (AO) met Minister Schippers over het Elektronisch Patiëntendossier (EPD) plaats. Ter voorbereiding en mogelijke invulling van dit debat geeft Privacy First u hierbij graag de volgende aandachtspunten mee:

1) Naar Privacy First begrijpt wordt momenteel langs private weg toegewerkt naar een opportunistische schijnoplossing, namelijk regionale uitwisseling van gegevens via het Landelijk Schakelpunt (LSP). Dit leidt per definitie tot function creep by design. De digitale 'regionale schotten' in en rond het LSP zullen immers eenvoudig kunnen worden omzeild of verwijderd. Het hele systeem kan daardoor op elk toekomstig moment weer zijn oude, centrale vorm aannemen met alle privacy- en veiligheidsrisico's van dien.

2) Diezelfde risico's rond het LSP worden evenmin opgeheven door het EPD voortaan als 'persoonlijk gezondheidsdossier' (PGD) aan te duiden. Dit vormt slechts privacy by semantics waar bovendien een misleidende werking van uitgaat. De achterliggende infrastructuur (LSP) blijft immers vrijwel ongewijzigd.

3) Een privacyvriendelijk EPD vergt allereerst een onafhankelijke Privacy Impact Assessment (PIA) waarbij diverse oplossingsrichtingen met privacy by design in kaart kunnen worden gebracht. Totdat een dergelijke PIA is uitgevoerd en parlementair is geëvalueerd dienen geen onomkeerbare stappen rond de vormgeving en eventuele uitbreiding van het EPD gezet te worden.

4) Bij de verdere vormgeving van het EPD dient nadrukkelijk ruimte te worden geboden voor onderzoek, innovatie en concurrentie. De recente DigiNotar-affaire toont dat afhankelijkheid van één (of een selecte groep) partij(en) vermeden dient te worden. Naast suboptimale, privacyonvriendelijke producten voorkomt dit economische kartelvorming.

5) Privacyvriendelijke transparantie voor de patiënt vergt naast goede beveiliging ook individuele keuzevrijheid. Zo dient inzage van de patiënt in zijn of haar eigen dossier niet afhankelijk te worden gemaakt van aansluiting bij het LSP. Dergelijke inzage via het internet creëert bovendien nieuwe privacyrisico's.

6) In de governance structuur rond het EPD dienen onafhankelijke privacy- en beveiligingsexperts opgenomen te worden.

7) In mensenrechtelijk opzicht blijft de Nederlandse overheid onverminderd verantwoordelijk voor de bescherming van de medische privacy van haar burgers, ook bij een geprivatiseerd EPD. Op initiatief van Privacy First zal Nederland zich hierover in mei 2012 moeten kunnen verantwoorden bij de VN-Mensenrechtenraad.

Hoogachtend,

Stichting Privacy First

Gepubliceerd in Medische privacy

Het hing helaas al weken in de lucht. Nu lijkt het er alsnog van te gaan komen: een private doorstart van het landelijk Elektronisch Patiëntendossier (EPD). Weliswaar onder de nieuwe naam "persoonlijk gezondheidsdossier" (privacy by semantics), in eerste instantie vooral "regionaal" en alleen met toestemming per individuele patiënt. De onderliggende infrastructuur (Landelijk Schakelpunt, LSP) is echter nog altijd nationaal georiënteerd en werd eerder dit jaar wegens privacybezwaren unaniem weggestemd door de Eerste Kamer. Daarmee lijkt dit private EPD inmiddels verdacht veel op een nucleair transport met het LSP als radioactieve lading. Hierop anticiperend kaartte Privacy First e.e.a. onlangs (vlak voor de rapportagedeadline) aan bij de VN-Mensenrechtenraad in Genève. Eind mei 2012 staat de Nederlandse mensenrechtensituatie (inclusief het nationale privacybeleid) daar immers op de agenda. Dan mag Nederland in het openbaar aan de hele wereld gaan uitleggen hoe het de privacy bij ditzelfde EPD alsnog gewaarborgd heeft. Bijvoorbeeld door de komende maanden alsnog privacy by design te implementeren middels technische compartimentalisering, dataminimalisatie, keuzevrijheid en transparantie voor de patiënt. Wellicht maakt Nederland dan straks in Genève alsnog een goede beurt...

Gepubliceerd in Medische privacy

Op 31 mei 2012 is het weer zover: dan zal Nederland in Genève onder de loep worden genomen door het hoogste mensenrechtenorgaan ter wereld: de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties. De VN-Mensenrechtenraad is in 2006 opgericht en bestaat uit 47 van de 192 VN-lidstaten. Sinds 2008 wordt de mensenrechtensituatie in elk land periodiek door de Mensenrechtenraad beoordeeld. Deze procedure vindt voor iedere VN-lidstaat elke vier jaar plaats en heet "Universal Periodic Review" (UPR). Bij de eerste UPR-sessie in 2008 was Nederland meteen aan de beurt en kreeg daarbij heel wat kritiek om de oren. Anno 2011 is de Nederlandse privacysituatie nog slechter dan in 2008: reden voor Privacy First om een aantal zaken bij de VN aan te kaarten. Dit deed Privacy First gisteravond middels een zogeheten schaduw- rapportage: een rapportage waarin maatschappelijke organisaties hun zorgen over een bepaald thema kenbaar kunnen maken. (Voor dergelijke rapportages gelden bij de Mensenrechtenraad overigens strikte eisen, waaronder een limiet van 2815 woorden.) Zonder schaduwrapportages kunnen de diplomaten in de Mensenrechtenraad hun werk niet goed doen. Men zou dan immers afhankelijk blijven van de staatsrapportage van Nederland zelf. Dus diende Privacy First een eigen rapportage in met daarin de volgende aanbevelingen:

•  Géén nationale biometrische database, ook niet op lange termijn,

•  Géén invoering van mobiele vingerscanners,

•  Invoering van een anonieme OV-chipkaart die écht anoniem is,

•  Géén invoering van automatische nummerplaatherkenning (ANPR) zoals momenteel beoogd,

•  Openheid en opschorting van het nieuwe grenscontrolesysteem @MIGO,

•  Een vrijwillig, regionaal i.p.v. landelijk EPD met 'privacy by design',

•  Goede wetgeving rond profiling (het profileren van burgers).

Onze hele rapportage treft u HIER aan. Wij hopen dat onze aanbevelingen in de Mensenrechtenraad overgenomen zullen worden en tot internationale uitwisseling van 'best practices' zullen leiden. Privacy First zal u graag van deze ontwikkelingen op de hoogte houden.

Update 23 maart 2012: deze week verscheen de langverwachte Nederlandse UPR-staatsrapportage aan de Mensenrechtenraad. Tevens werd de eerder ingediende NJCM-schaduwrapportage (ook namens 24 andere maatschappelijke organisaties) openbaar. De NJCM-rapportage bevat een zeer kritische privacyparagraaf waarin - parallel aan de aanbevelingen van Privacy First - o.a. wordt opgeroepen tot intrekking van de huidige plannen inzake ANPR en mobiele vingerscanners; zie pp. 6-7 van de NJCM-rapportage. Relevante rapportages van andere organisaties vindt u HIER.

Ter ambtelijke voorbereiding van de Nederlandse staatsrapportage vonden de afgelopen maanden twee grote consultatiebijeenkomsten met het Nederlandse maatschappelijk middenveld (NGO's) plaats bij het ministerie van Binnenlandse Zaken (BZK). Tijdens de eerste bijeenkomst op 1 december 2011 drong Privacy First aan op het opnemen van een aparte paragraaf over privacy in de staatsrapportage. Tijdens de tweede bijeenkomst op 16 januari 2012 vroeg Privacy First of in deze paragraaf "privacy by design" expliciet zou worden genoemd. Op beide verzoeken van Privacy First reageerde BZK positief. De privacyparagraaf in de staatsrapportage blijkt echter relatief kort, oppervlakkig en ontwijkend. Veelzeggend is dat deze paragraaf in het hoofdstuk "challenges and constraints" staat. Dit maakt een defensieve indruk. Nóg veelzeggender is de volgende zin: "The challenge will now be to ensure that all these [privacy infringing] measures are implemented." Blijkbaar is de Nederlandse Staat niet overtuigd van zijn eigen zaak... And rightly so. Positieve punten zijn slechts de vermelding van "privacy by design", het WRR-rapport iOverheid en de volgende passage:

"In addition, partly in response to concerns expressed in Parliament, certain policy measures that impact on privacy are currently being modified, as for example the discontinuation of the storage of fingerprint data on national ID cards and within the passport database."

Privacy First vat deze passage op als een internationale verklaring (unilateral statement) van Nederland om de opslag van vingerafdrukken op identiteitskaarten én in de reisdocumentenadministratie voorgoed stop te zetten. Privacy First zal de Nederlandse regering hier graag aan blijven herinneren.

Update 5 april 2012: de internationale lobby rond de UPR-sessie van Nederland op 31 mei as. is inmiddels in volle gang, zowel bij buitenlandse ambassades in Den Haag als bij permanente vertegenwoordigingen van VN-lidstaten in Genève. In dat kader vond gisterochtend in Genève een belangrijke 'UPR pre-session' plaats waarin diverse mensenrechtenorganisaties hun zorgen over Nederland konden uiten voor een breed publiek van buitenlandse diplomaten. Klik HIER voor een Engelstalige impressie van de bijeenkomst over Nederland. Het statement dat Privacy First tijdens deze bijeenkomst presenteerde vindt u HIER en is tevens te downloaden via de website van het Nederlandse Mensenrechteninstituut-in-oprichting.

Update 21 april 2012: aan de hand van alle schaduwrapportages (waaronder die van Privacy First) die de VN eind 2011 ontving is in Genève inmiddels een officiële VN-samenvatting opgesteld. Deze "summary of stakeholders' information" vindt u HIER. Naast Privacy First stuurden ook het NJCM (mede namens het Platform Bescherming Burgerrechten), Bits of Freedom, het College Bescherming Persoonsgegevens, Vrijbit en het Meldpunt Misbruik ID-plicht schriftelijk hun privacyzorgen naar Genève; al deze rapportages verschijnen binnenkort op deze VN-pagina. Voorzover bij Privacy First bekend gebeurde dit niet eerder op deze schaal. Het thema "privacy" staat daardoor voor het eerst in de geschiedenis prominent in een VN-rapport over Nederland, prominenter ook dan in andere summaries zoals bijvoorbeeld over het Verenigd Koninkrijk. Opvallend is verder dat de VN een passage over profiling uit het rapport van Privacy First citeert: "digital profiles can be extremely detailed and profiling can easily lead to discrimination and 'steering' of persons in pre-determined directions, depending on the 'categories' their profiles 'fit into' and without the persons in question being aware of this." (VN-summary, par. 65). Dit alles kan met recht een doorbraak genoemd worden die tijdens de sessie op 31 mei as. hopelijk zijn vruchten zal afwerpen.

Update 23 mei 2012: de afgelopen maanden heeft Privacy First een reeks nuttige gesprekken gevoerd met buitenlandse diplomaten in Genève en Den Haag. Inmiddels zijn op de UPR-website van de VN reeds een aantal zogeheten "advance questions" van VN-lidstaten verschenen, waaronder de volgende vraag van het Verenigd Koninkrijk aan Nederland: "Given recent concerns about data collection and security, including the unintended consequences of cases of identity theft, does the Netherlands have plans for measures to ensure more comprehensive oversight of the collection, use and retention of personal data?" (Bron) Privacy First ziet verdere vragen van VN-lidstaten over Nederlandse privacyperikelen met vertrouwen tegemoet.

Gepubliceerd in Wetgeving
Pagina 2 van 2
© 2024 All Rights Reserved. Carefully crafted by WarpTheme

Onze Partners

logo Voys Privacyfirst
logo greenhost
logo platfrm
logo AKBA
logo boekx
logo brandeis
banner ned 1024px1
Deelnemer Privacycoalitie
Control Privacy
Pro Bono Connect logo 100