Toon items op tag: Privacy First

"De centrale opslag van vingerafdrukken als onderdeel van de Paspoortwet is in strijd met het recht op privacy van burgers. Dat oordeelde het Gerechtshof Den Haag gisteren in een zaak van Privacy First, dat opkomt voor privacybelangen, tegen de Nederlandse regering. In 2009 trad een nieuwe Paspoortwet in werking. Een paspoort moet zijn voorzien van een chip met een gezichtsopname en twee vingerafdrukken. Nederland ging verder en koos vier vingerafdrukken. Zo moest 'lookalikefraude' worden voorkomen: het reizen op een paspoort van iemand op wie je lijkt. Het ministerie van Justitie wilde alle informatie in een centrale database opslaan, waar de AIVD vrij toegang tot zou krijgen. Na kritiek op de grote foutmarge van apparatuur om vingerafdrukken te herkennen en bezwaren over privacy werd het plan in 2011 door toenmalig minister Donner voorlopig afgeblazen. De Tweede Kamer stemde vorig jaar wél in met een centrale opslag van vingerafdrukken van vreemdelingen."

Bron: NRC Next, 19 februari 2014, rubriek Weten.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

"Regering zag er toch af al vanaf, maar zal er na deze uitspraak niet meer op terugkomen.

In een uitspraak vandaag heeft het Hof Den Haag vandaag geoordeeld dat de centrale opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet onrechtmatig is. In een zogeheten 'algemeen-belangactie' had Privacy First deze rechtsvraag samen met 19 mede-eisers (burgers) aan het Hof voorgelegd. (...)"

Lees HIER het volledige artikel bij Netkwesties.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

"Inbreuk op privacy door centrale opslag niet gerechtvaardigd. Heeft dit gevolgen voor andere databankambities van de overheid?

Privacy First behaalt een klinkende overwinning bij het Hof Den Haag, dat onomwonden oordeelt dat centrale opslag van vingerafdrukken niet door de beugel kan. Veel praktische gevolgen heeft het arrest niet, aangezien de overheid al eerder (onder druk) de centrale opslag in de koelkast had gezet.

De centrale database zou worden gebruikt om vingerafdrukken te matchen in het opsporingsproces, maar dat bleek extreem foutgevoelig. Eerder was er een foutpercentage van maar liefst 21 procent.

Big Data overheid aan banden

"Dit kan niet anders betekenen dan dat de opslag van vingerafdrukken in een centraal register niet geschikt is voor het daarmee aanvankelijk beoogde doel, te weten verificatie en identiteitsvaststelling, en daarmee dus evenmin geschikt voor het voorkomen van identiteitsfraude, hetzij bij het aanvragen van een nieuw reisdocument, hetzij bij het gebruik van het reisdocument, een van de voornaamste doeleinden van de wet," aldus het Hof.

De conclusie: "De inbreuk op de persoonlijke levenssfeer die gevormd wordt door de centrale opslag van vingerafdrukken, is niet gerechtvaardigd."

Ondanks dat de vingerafdrukdatabase dus al langer is geannuleerd, kan het arrest wel invloed hebben op de verzamelwoede van overheden met andere privacygevoelige data, zoals foto's. Christiaan Alberdingk Thijm, advocaat voor Privacy First: "Dit rijdt andere plannen van de overheid met centrale databanken in de wielen."

EU-Hof schoot database ook al af

Afgelopen oktober oordeelde het Europees Hof al dat er geen wettelijke basis is voor de opname van vingerafdrukken (afgenomen voor in het paspoort) in databases. Daarnaast mogen vingerafdrukken die door burgers zijn afgegeven niet worden gebruikt voor onderzoeken van Justitie naar criminaliteit."

Bron: http://webwereld.nl/beveiliging/81384-haags-hof-schiet-database-vingerafdrukken-af, 18 februari 2014.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

Naar aanleiding van onze overwinning in het Paspoortproces tegen de Staat werd Vincent Böhre van Privacy First geïnterviewd door BNR Nieuwsradio. Beluister hieronder het hele interview of klik HIER voor een verkorte weergave ervan op BNR.nl.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

In een baanbrekende uitspraak heeft het Hof Den Haag vandaag geoordeeld dat de centrale opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet onrechtmatig is. In een zogeheten 'algemeen-belangactie' had Privacy First deze rechtsvraag samen met 19 mede-eisers (burgers) aan het Hof voorgelegd. In februari 2011 achtte de rechtbank Den Haag Privacy First niet-ontvankelijk. De rechtbank kwam daardoor niet aan een inhoudelijk oordeel over de Paspoortwet toe. Het Hof verklaart Privacy First alsnog ontvankelijk en vernietigt het vonnis van de rechtbank. Tevens acht het Hof centrale opslag van vingerafdrukken onrechtmatig wegens strijd met het recht op privacy. Centrale opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet lijkt daarmee voorgoed van de baan.

In mei 2010 dagvaardden Privacy First c.s. de Nederlandse Staat (ministerie van Binnenlandse Zaken) wegens de centrale opslag van vingerafdrukken onder de nieuwe Paspoortwet. Dergelijke opslag was met name bedoeld om kleinschalige identiteitsfraude met paspoorten (look-alike fraude) te voorkomen.

Mede onder druk van de rechtszaak van Privacy First werd de opslag van vingerafdrukken in de zomer van 2011 stopgezet. Door de uitspraak van het Hof Den Haag wordt eventuele toekomstige centrale opslag van vingerafdrukken juridisch onmogelijk gemaakt: het Hof acht de centrale opslag van vingerafdrukken een "ongeschikt middel" om identiteitsfraude met reisdocumenten te voorkomen. Dit kan volgens het Hof "tot geen andere conclusie leiden dan dat de inbreuk op de persoonlijke levenssfeer die gevormd wordt door de centrale opslag van vingerafdrukken, niet gerechtvaardigd is. De rechtbank had de vordering van Privacy First in zoverre moeten toewijzen." (Par. 4.4.)

Dit vormt een grote overwinning voor Privacy First en voor alle burgers die zich de laatste jaren tegen centrale opslag van vingerafdrukken hebben verzet. De uitspraak van het Hof maakt tevens de weg vrij voor Privacy First (en andere maatschappelijke organisaties) om in het algemeen belang rechtszaken te kunnen blijven voeren ter behoud en bevordering van het recht op privacy, bijvoorbeeld de nieuwe rechtszaak van Privacy First c.s. tegen de Nederlandse Staat n.a.v. de NSA-affaire. Onlangs achtte de landsadvocaat Privacy First ook in deze zaak ontvankelijk. Deze ontwikkelingen vormen voor Privacy First een belangrijke steun in de rug om de komende jaren rechtszaken te kunnen blijven voeren voor ieders recht op privacy.

Lees HIERpdf de hele uitspraak van het Hof Den Haag (pdf); tevens gepubliceerd op rechtspraak.nl.
Klik HIER voor het nieuwsbericht van onze advocaten bij bureau Brandeis. Voorheen werd Privacy First in deze zaak vertegenwoordigd door SOLV Advocaten.
NRC Handelsblad kreeg van ons de primeur; klik HIER.

Update 21 mei 2014: de Nederlandse Staat blijkt een slecht verliezer: deze week heeft de landsadvocaat cassatie tegen de uitspraak van het Hof Den Haag ingesteld bij de Hoge Raad; klik HIERpdf voor de cassatiedagvaarding (pdf). De Staat wil dat Privacy First alsnog niet-ontvankelijk wordt verklaard en verzoekt de Hoge Raad tevens om de centrale opslag van vingerafdrukken alsnog rechtmatig te verklaren. Dit mag niet gebeuren. Privacy First beraadt zich over de te nemen stappen ter verweer.

Update 21 november 2014:  vandaag hebben Privacy First c.s. hun verweerschrift tegen de cassatiedagvaarding van de Staat ingediend bij de Hoge Raad; klik HIERpdf voor het document (pdf). In cassatie worden Privacy First c.s. bijgestaan door Alt Kam Boer Advocaten in Den Haag; dit advocatenkantoor is o.a. in civielrechtelijke cassatie gespecialiseerd. Namens de Staat (ministerie van Binnenlandse Zaken, BZK) heeft de landsadvocaat vandaag een schriftelijke toelichting bij de eerdere cassatiedagvaarding ingediend; klik HIERpdf(pdf). Volgende stappen kunnen bestaan uit schriftelijke repliek en dupliek, gevolgd door een advies ("conclusie") van de Procureur-Generaal bij de Hoge Raad (waarop Privacy First c.s. nog kunnen reageren) en een uitspraak ("arrest") van de Hoge Raad medio 2015.

Update 5 december 2014: vandaag hebben Privacy First c.s. een procedureel Sinterklaaskado bij minister Plasterk laten bezorgen: onze schriftelijke reactie ("dupliek") op de recente toelichting van de Staat (BZK) bij de eerdere cassatiedagvaarding. Klik HIERpdf voor het document (pdf). Tevens diende de Staat een korte reactie ("repliek") in op het recente verweerschrift van Privacy First c.s.; klik HIERpdf(pdf). Op 9 januari as. wordt bij de Hoge Raad de datum van het advies van de Procureur-Generaal bepaald.

Update 12 januari 2015: het advies ("conclusie") van de Procureur-Generaal bij de Hoge Raad staat gepland op 10 april 2015.

Update 12 maart 2015: op 20 februari jl. (veel eerder dan verwacht) heeft Advocaat-Generaal Jaap Spier zijn advies ("conclusie") over de zaak bij de Hoge Raad uitgebracht; klik HIERpdf (pdf, 7 MB). Opvallend aan het advies van A-G Spier is vooral de conservatieve inhoud en toonzetting ervan. Bovendien gaat de A-G er abusievelijk vanuit dat de aangevochten bepalingen van de Paspoortwet het stadium van wetgeving nooit hebben bereikt. Weliswaar laat de A-G de ontvankelijkheid van Privacy First in stand, maar hij doet dit op verkeerde rechtsgronden. Tevens laat hij de inhoudelijke privacykwestie geheel links liggen, gaat hij er ten onrechte vanuit dat deze zaak ook bij de bestuursrechter had kunnen worden gevoerd en wil hij Privacy First c.s. alsnog - ten onrechte - in de proceskosten laten veroordelen. Binnen de formele termijn van 2 weken heeft Privacy First dan ook een reactie (zogeheten "Borgersbrief") op het advies van de A-G bij de Hoge Raad ingediend; klik HIERpdf (pdf). Door de landsadvocaat is een dergelijke reactie niet ingediend. Het laatste woord in deze zaak is daarmee aan Privacy First geweest. Het wachten is nu op de uitspraak ("arrest") van de Hoge Raad later dit jaar.

Update 28 mei 2015: tegen alle verwachtingen in heeft de Hoge Raad zowel Privacy First als alle mede-eisers niet-ontvankelijk verklaard. Klik HIER voor de uitspraak en HIER voor ons commentaar.

Gepubliceerd in Rechtszaken

Deze week zond het radioprogramma 'De Ochtend' (KRO/NCRV) op Radio 1 een serie reportages uit over mensenrechten in Nederland. Van alle mensenrechten staat het recht op privacy in Nederland het meest onder druk. Beluister hieronder het straatinterview met Privacy First-medewerker Vincent Böhre:

Gepubliceerd in Privacy First in de media

Op 16 januari jl. hield Stichting Privacy First haar Nieuwjaarsborrel met enkele prominente sprekers. Hoofdonderwerpen waren de nieuwe EU-verordening voor de bescherming van persoonsgegevens en het NSA-afluisterschandaal. Na een inleiding door Privacy First voorzitter Bas Filippini en een toespraak door CBP-voorzitter Jacob Kohnstamm was het woord aan de oprichter en voormalig directeur van Privacy International: Simon Davies. Hieronder onze samenvatting:

Simon Davies begon zijn toespraak met de opmerking dat hij het aan de ene kant op veel punten eens is met Jacob Kohnstamm, maar op enkele aspecten van mening verschilt en in het algemeen minder optimistisch is. Davies schetste vier mogelijke toekomstscenario's:
1) Machtige organisaties zullen steeds meer macht uitoefenen, tenzij wij ervoor kiezen om ze ter verantwoording te roepen.
2) Technologie zal ons overweldigen, tenzij wij ervoor kiezen om in het ontwerp van technologie de mens centraal te stellen.
3) Commerciële organisaties zullen geld verdienen aan elke atoom van ieder mens, tenzij wij ons daartegen verzetten.
4) Onze wetten zullen minder effectief worden en achteruit gaan, tenzij wij onze wetgevers onderwijzen.

Toespraak Simon Davies bij Privacy First, 16 januari 2014. Foto: Maarten Tromp

Op steeds meer terreinen krijgen geheime diensten invloed of worden ze actief. Verhoudingsgewijs wordt echter teveel aandacht besteed aan specifieke zaken rond de NSA; hierdoor blijven veel andere kwesties buiten beeld. Verder zijn het vooral de Brits-Amerikaans georiënteerde media die aandacht besteden aan het NSA-schandaal. In veel landen zijn burgers er echter amper van op de hoogte en heerst politieke passiviteit. Over het aftappen van zeekabels wordt door beleidsmakers in de meeste landen met geen woord gerept. Schandalen zoals nu rond de NSA zijn er in het verleden vaker geweest, en de geschiedenis leert ons dat er vervolgens meestal weinig verandert. In de Verenigde Staten is men vooral geïnteresseerd in de grondrechten van Amerikanen, niet in de rechten van mensen elders ter wereld. Bovendien kunnen geheime diensten buitengewoon goed liegen. Er zal dan ook niets veranderen, tenzij de Europese Unie zich krachtig teweer zal gaan stellen tegen de praktijken van de NSA, aldus Davies.

Toespraak Simon Davies bij Privacy First, 16 januari 2014. Foto: Maarten Tromp

Over de nieuwe EU-verordening voor de bescherming van persoonsgegevens merkte Davies allereerst op dat deze verordening onder gigantische druk staat: internationale druk, commerciële druk, nationale soevereiniteit en uitzonderingen voor politie, justitie en geheime diensten, duizenden amendementen, lobbyisten, en druk vanuit de Europese Raad (met name het Verenigd Koninkrijk) om het hele proces van totstandkoming van de verordening te saboteren. Het is echter van belang om de Europese invloed alsnog positief te benutten. Daarnaast zijn er de multinationals: bedrijven als Google hebben maling aan Europese wetgeving. Huidige boetes die zij kunnen krijgen vormen voor dit soort bedrijven geen enkele bedreiging. De vraag is dus: hoe kan Europese privacywetgeving tegenover dit soort bedrijven effectief worden gehandhaafd? Het vinden van antwoorden op deze vraag vormt de uitdaging voor de komende tijd.

Toespraak Simon Davies bij Privacy First, 16 januari 2014. Foto: Maarten Tromp

Gepubliceerd in Metaprivacy

"De enige manier om de afluisterpraktijken door de NSA aan te pakken is een gezamenlijke Europese vuist te maken. Dat liet Jacob Kohnstamm, directeur van het College bescherming persoonsgegevens (CBP), onlangs tijdens een toespraak bij privacyorganisatie Privacy First weten.

(...) Aangezien het hier om de nationale veiligheid gaat stellen de EU-lidstaten dat dit hun bevoegdheid is en niet die van de Europese Unie. Die Europese verdeeldheid speelt de Amerikanen echter juist in de kaart, liet Kohnstamm weten. "Verdeel en heers is wat de Verenigde Staten, maar ook andere grootmachten, graag ten opzichte van de Europese Unie uitspelen."

Zelfs als Obama allerlei hervormingen binnen de NSA doorvoert blijkt de Amerikaanse geheime dienst volgens Kohnstamm feitelijk een multinational met een budget van ongekende omvang. Zolang het Amerikaanse onderscheid tussen de verzameling en het gebruik van persoonsgegevens zal blijven bestaan, zal dat niet leiden tot meer privacy voor Europeanen ten opzichte van organisaties als de NSA, zo voorspelt hij.

"En zolang Europese landen veiligheid als een louter nationale bevoegdheid blijven zien, gaan wij deze strijd tussen Europa en de VS niet winnen." Vanuit het Amerikaanse congres verwacht Kohnstamm ook weinig druk om de NSA-activiteiten aan te pakken. De druk vanuit het Amerikaanse bedrijfsleven bestempelt hij als hypocriet. "De enige vuist die we dus kunnen maken is een Europese vuist.""

Bron: Security.nl, 30 januari 2014.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

Op donderdagavond 16 januari jl. hield Stichting Privacy First haar Nieuwjaarsborrel met enkele prominente sprekers. Eerste gastspreker was de voorzitter van het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP): Jacob Kohnstamm. In zijn toespraak ging de heer Kohnstamm allereerst in op de nieuwe EU-verordening voor de bescherming van persoonsgegevens, gevolgd door het NSA-afluisterschandaal. Hieronder een verslag:

Toespraak Jacob Kohnstamm bij Privacy First, 16 januari 2014. Foto: Maarten Tromp

Over de nieuwe EU-verordening voor gegevensbescherming merkte Jacob Kohnstamm ten eerste op dat, zodra deze verordening definitief zal zijn vastgesteld, deze op gelijke wijze zal gaan gelden in alle EU-lidstaten. Dit in tegenstelling tot de huidige EU-richtlijn voor gegevensbescherming uit 1995, die in verschillende EU-lidstaten op verschillende wijze wordt toegepast. Dit creëert voor bedrijven en voor burgers onduidelijkheid over het geldende privacyrecht, met name in het internationale verkeer. De nieuwe verordening kan aan die onduidelijkheid een einde maken, aangezien deze als Europese wet in alle EU-lidstaten op gelijke wijze zal gaan gelden. Zover is het echter nog niet: het huidige voorstel voor een nieuwe verordening is afkomstig van de Europese Commissie en dateert van januari 2012. Deze verordening zal pas definitief kunnen worden na een ingewikkelde, onnavolgbare procedure waarin zowel de Europese Commissie als de Europese Raad (van ministers van EU-lidstaten) en het Europees Parlement een belangrijke rol spelen. Kohnstamm: “Een Amerikaanse uitdrukking luidt: 'There are two things you don’t want to know: wat er in worsten zit en hoe wetgeving wordt gemaakt.' Dat geldt in het bijzonder voor Europese wetgeving. Het Torentje op het Haagse Binnenhof is daarbij vergeleken de transparantie zelve.” De belangrijkste principes uit de EU-richtlijn van 1995 zijn in de nieuwe verordening overgenomen en deels aangescherpt en versterkt. Dit tegen de zin van de Amerikanen: “Het mooiste compliment dat de Europese Commissie heeft gekregen over de privacyvriendelijkheid van de nieuwe verordening is een massieve lobby uit de Verenigde Staten, met name uit Silicon Valley, tégen die verordening”, aldus Kohnstamm. Die Amerikaanse counter-lobby in Brussel was (en is) buitengewoon agressief: minstens een derde van alle voorgestelde wijzigingen op de concept-verordening werd ingestoken vanuit het Amerikaanse bedrijfsleven. Een voorbeeld daarvan is de boetebevoegdheid die nationale toezichthouders voor gegevensbescherming onder de nieuwe verordening zouden krijgen: in het oorspronkelijke voorstel van de Europese Commissie bedroeg die boete 5% van de omzet van het te beboeten bedrijf, maar onder Amerikaanse druk werd dat voortijdig afgezwakt tot 2%. Volgens Kohnstamm vormt het huidige voorstel voor een nieuwe verordening echter nog steeds een versterking van de Europese privacywetgeving, zowel voor burgers als voor toezichthouders zoals het CBP. Een zwak punt betreft echter de zogeheten pseudonimisering van persoonsgegevens, als die persoonsgegevens daardoor buiten de bescherming van de verordening zouden vallen. “Pseudonimisering is echt een Paard van Troje”, waarschuwt Kohnstamm. Gepseudonimiseerde persoonsgegevens zijn indirect immers altijd tot specifieke personen te herleiden.

Volgens Kohnstamm wordt de huidige vertraging bij de totstandkoming van de nieuwe verordening met name veroorzaakt door de Europese Raad van ministers en bijbehorende ambtenaren. Door nationalistische invloeden blijken sommige Europese regeringen onderling van mening te verschillen over de machts- en toezichtsvragen die de nieuwe verordening opwerpt. Als er binnenkort op Europees niveau geen schot in de zaak komt “kan het nog jaren gaan duren voordat we die nieuwe Europese verordening krijgen. Dan krijgt het Amerikaanse bedrijfsleven nog volop de gelegenheid om te lobbyen en de huidige normen verder te doen verwateren. Dat zou een dramatische ontwikkeling zijn”, aldus Kohnstamm.

Toespraak Jacob Kohnstamm bij Privacy First, 16 januari 2014. Foto: Maarten Tromp

Naar aanleiding van het NSA-afluisterschandaal vertelt Kohnstamm dat, zodra de eerste documenten van Edward Snowden naar buiten kwamen, hij in zijn hoedanigheid als voorzitter van 'WP29' (de werkgroep van privacytoezichthouders uit alle EU-lidstaten) een “stevige brief” aan de Europese Commissie geschreven heeft met daarin een oproep om tot actie over te gaan. Vervolgens werd er een speciale EU-US working group opgericht waar Kohnstamm lid van werd. Het gaat hier echter om het domein van nationale veiligheid, dus zeggen de EU-lidstaten: “dat is onze bevoegdheid, niet van de Europese Unie”. Die Europese verdeeldheid speelt de Amerikanen echter juist in de kaart. Kohnstamm: Verdeel en heers is wat de Verenigde Staten, maar ook andere grootmachten, graag ten opzichte van de Europese Unie uitspelen.” Vervolgens noemt Kohnstamm vier verschillen tussen de Verenigde Staten en Europa die volgens hem van belang zijn op dit terrein:
1) Voor Amerikanen is het louter verzamelen van gegevens niet iets wat privacybescherming verdient, maar pas zodra er sprake is van het gebruik van die gegevens. Voor Europeanen daarentegen is de bescherming van persoonsgegevens een fundamenteel grondrecht, waarbij het verzamelen óf verwerken van die gegevens op zichzelf al aan wettelijke beperkingen onderhevig is. Zo dient er in de Europese visie altijd een rechtsgrond voor verzameling of verwerking aanwezig te zijn, bijvoorbeeld een wettelijke grondslag, een contract of persoonlijke toestemming. Dit verschil is essentieel voor de discussie tussen Europa en de Verenigde Staten.
2) In Amerika wordt toezicht op de NSA gehouden door een geheime rechtbank, het FISA Court. “Er is dus tenminste een rechtbank, ook al is ie geheim. Ik ken geen enkel ander land waar rechters meebesluiten of iets rechtmatig is in het kader van wat veiligheidsdiensten uitspoken. Ik ben overigens uiterst kritisch over wat het FISA Court doet, maar de structuur op zichzelf hebben andere landen niet eens”, aldus Kohnstamm. Vergeleken daarbij is het toezicht in een land als het Verenigd Koninkrijk bijvoorbeeld veel slechter geregeld.
3) Amerikaans-wettelijke discriminatie tussen Amerikanen en niet-Amerikanen. Kohnstamm: “Door de Amerikanen worden wij Europeanen behandeld als Noord-Koreanen, bij wijze van spreken. Die discriminatie in de Amerikaanse wetgeving ten aanzien van veiligheidsdiensten is nauwelijks te verteren.”
4) De rechtsgronden op basis waarvan Amerikaanse veiligheidsdiensten (bijvoorbeeld de NSA) opereren zijn er drie: twee wetten, en de derde is een soort Algemene Maatregel van Bestuur, een administrative order genaamd '12333'. Die administrative order is een presidentieel besluit zonder parlementaire betrokkenheid, waarin zaken als een definitie van “foreign intelligence” (buitenlandse inlichtingen) geheel ontbreken. “Daarmee kunnen de NSA en anderen totaal hun gang gaan, zonder dat het gecontroleerd is.”

Eventuele Amerikaanse wetswijzigingen en toekomstig beter toezicht ten spijt, blijft “de NSA feitelijk een multinational met een budget van ongekende omvang”, aldus Kohnstamm. Zolang het Amerikaanse onderscheid tussen de verzameling en het gebruik van persoonsgegevens zal blijven bestaan, zal dat niet leiden tot meer privacy voor Europeanen ten opzichte van organisaties als de NSA, zo voorspelt hij. “En zolang Europese landen veiligheid als een louter nationale bevoegdheid blijven zien, gaan wij deze strijd tussen Europa en de VS niet winnen.” Ook vanuit het Amerikaanse congres verwacht Kohnstamm weinig pressie om de NSA-activiteiten te temperen. Enige recente druk in die richting vanuit het Amerikaanse bedrijfsleven acht hij bovendien hypocriet. “De enige vuist die we dus kunnen maken is een Europese vuist”, zo besluit Kohnstamm zijn betoog.

Gepubliceerd in Metaprivacy

"Rotterdam bewaart nog steeds gegevens van parkeerders, ook al hoeft dit van de rechter niet meer. De Stichting Privacy First dreigt met een rechtszaak om de gemeente, net als Amsterdam, tot stoppen te manen. Ook een deel van de raad is kritisch.

(...) Alle informatie wordt opgeslagen in een database, die in beheer is bij een particulier bedrijf (Parkmobile). Dat bewaart deze gegevens minimaal zeven jaar voor controles door de belastingdienst of justitie. Volgens verkeerswethouder Jeannette Baljeu (VVD) houdt de gemeente zich aan de wettelijke eis wat betreft de bewaartermijn.

Privacy

Maar D66, dat zich eerder al zorgen maakte om de privacy van parkeerders bij de invoering van kentekenautomaten, wil dat de gemeente daar helemaal mee stopt, net als de gemeente Amsterdam. ,,Daar is er ongetwijfeld goed over nagedacht en ik vind dat je altijd moet kijken en leren van andere gemeenten,'' aldus raadslid Brenda Dirkse.

Ook als het aan de VVD-fractie ligt, wordt de informatie niet meer zo lang opgeslagen. ,,Je moet gegevens niet langer bewaren dan strikt noodzakelijk is voor het parkeren. Parkeren is niet bedoeld om boeven te vangen,'' zegt VVD-raadslid George van Gent.

De rechter bepaalde eind vorig jaar ook dat parkeergegevens niet in grote hoeveelheden aan de belastingdienst hoeven te worden overhandigd. Die wilde aan de hand van die gegevens kijken of mensen verzwijgen dat zij hun leasewagen privé gebruiken. Het bedrijf SMSParking weigerde de gegevens van twee miljoen transacties in 2012 af te staan. De rechter stelde het bedrijf in het gelijk.

Verbaasd

De Stichting Privacy First, die zich fel verzet tegen de invoering van het kentekenparkeren in Amsterdam, is dan ook erg verbaasd dat Rotterdam doorgaat met het bewaren. ,,Als de gemeente dat blijft doen, zouden wij dat erg betreuren,'' zegt woordvoerder Vincent Böhre.

Het liefst ziet de stichting dat kentekenparkeren helemaal niet wordt ingevoerd. En anders moeten de gegevens, zoals in Amsterdam, na 13 weken (bezwaartermijn) worden gewist. Gebeurt dat niet, dan begint de stichting een rechtszaak, zo waarschuwt Böhre. ,,Dat hebben we in Amsterdam ook gedaan.''"

Bron: AD/Rotterdams Dagblad, 28 januari 2014, voorpagina. Tevens online op AD.nl. Lees HIER meer over de actie van Privacy First tegen kentekenparkeren en wordt donateur!

Gepubliceerd in Privacy First in de media
© 2024 All Rights Reserved. Carefully crafted by WarpTheme

Onze Partners

logo Voys Privacyfirst
logo greenhost
logo platfrm
logo AKBA
logo boekx
logo brandeis
banner ned 1024px1
Deelnemer Privacycoalitie
Control Privacy
Pro Bono Connect logo 100