Toon items op tag: Toekomst

Vanavond besteedde het NOS Achtuurjournaal uitgebreid aandacht aan de plannen van de Nederlandse overheid om alle kentekenplaten te gaan voorzien van RFID-chips. Klik HIER voor de hele uitzending, inclusief een interview met Privacy First voorzitter Bas Filippini. De reportage begint vanaf 3m54s.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

"Via een speciale chip die op dit moment in opdracht van het ministerie van Veiligheid en Justitie wordt getest wil de overheid een einde aan kentekenfraude maken. De chip wordt ontwikkeld door de Nederlandse chipfabrikant NXP. Via readers boven de weg kan de chip op afstand worden uitgelezen.

"Straks komen er portalen boven de weg met readers waarin ook een antenne zit. Die communiceert met de kentekenplaat op de auto beneden. De reader is verbonden met computers van de RDW en die geeft door of de kentekenplaat correct is", zegt NXP-directeur Maurice Geraets tegenover de NOS. De chip kan zelfs bij een snelheid van 160 kilometer per uur worden uitgelezen. De reader kan ook door tankstations worden gebruikt. Voordat een klant kan tanken kunnen zij eerst controleren of de kentekenplaat van een chip is voorzien.

Het College bescherming persoonsgegevens is kritisch. Volgens woordvoerster Lysette Rutgers moeten burgers zich vrij in hun auto kunnen bewegen. Ze vindt dan ook dat er goed naar de noodzaak van de chip moet worden gekeken. Geraets stelt dat privacyzorgen niet nodig zijn, aangezien patronen in het rijgedrag er niet mee zijn vast te stellen. "De chip genereert continu wisselende codes. Hij is door de reader te identificeren, maar ook als je de auto elke dag zou bevragen, is niet herleidbaar waar hij eerder is geweest", zo merkt hij op. Bas Filippini van Privacy First is er niet gerust op en stelt dat er sprake van een "spionagechip" is, die ook voor andere doeleinden is te gebruiken."

Bron: https://www.security.nl/posting/432020/Overheid+wil+kentekenfraude+bestrijden+via+chip, 13 juni 2015.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

Binnen de Nederlandse overheid bestaan momenteel plannen om iedere kentekenplaat te gaan voorzien van een op-afstand-uitleesbare RFID-chip. Dit lijkt vooral bedoeld om kentekenfraude tegen te gaan, maar eenmaal opgetuigd zal het systeem ook voor hele andere doelen gebruikt (en misbruikt) kunnen worden. Beluister hieronder een reportage over dit onderwerp op Radio 1, inclusief een interview met Privacy First voorzitter Bas Filippini:

Gepubliceerd in Privacy First in de media

"In opdracht van het ministerie van Veiligheid en Justitie wordt op een terrein van Defensie bij Oirschot een speciale chip getest. Die moet een einde maken aan fraude met kentekens. Als over een jaar blijkt dat de resultaten goed zijn, wordt de chip ingevoerd.

In Nederland zijn naar schatting 40.000 valse nummerplaten in omloop. Criminelen gebruiken die onder meer als zij zonder te betalen tanken en als ze inbraken plegen. Ook monteren ze valse kentekenplaten op vluchtauto's.

Een van de testers is Maurice Geraets. Hij is de directeur van NXP, het bedrijf dat de chip maakt. Zijn donkere auto staat geparkeerd voor gebouw 46 op de Eindhovense High Tech Campus. Wie de kentekenplaat beter bekijkt, ziet onder de drie letters een vierkant vlakje met een sleufje.

Tankstation

"Die sleuf is een antenne waardoor de kentekenplaat op afstand uitleesbaar is", zegt Geraets. "Straks komen er portalen boven de weg met readers waarin ook een antenne zit. Die communiceert met de kentekenplaat op de auto beneden. De reader is verbonden met computers van de RDW en die geeft door of de kentekenplaat correct is."

Ook houders van tankstations zouden zo'n reader kunnen aanschaffen. Zij kunnen voordat zij de pomp vrijgeven om te tanken, controleren of de kentekenplaat voorzien is van een chip en dus of de auto deugt.

Volgens Geraets is de angst voor schending van privacy niet nodig. "Patronen in het rijgedrag kun je er niet mee vaststellen. De chip genereert continu wisselende codes. Hij is door de reader te identificeren, maar ook als je de auto elke dag zou bevragen, is niet herleidbaar waar hij eerder is geweest."

Vrij bewegen

Het College bescherming persoonsgegevens (CBP) is kritisch. "Een auto is een zeer persoonlijk bezit en wordt door velen ervaren als een tweede huis", zegt woordvoerder Lysette Rutgers. "Daarin en daarmee moet je je vrij kunnen bewegen. Daarom moet goed gekeken worden naar de noodzaak van de chip."

Kan hetzelfde doel ook op een minder ingrijpende manier worden bereikt, vraagt Rutgers zich af. "Bij de proef moet gekeken worden of de chip echt alleen maar door bevoegde personen en instanties kan worden uitgelezen en of de beveiliging in orde is."

Ook Bas Filippini van de organisatie Privacy First is kritisch. "Het is natuurlijk heel goed dat criminelen worden aangepakt, maar dit gaat veel verder. Wij zijn niet voor een grootschalig controlesysteem waarmee continu in de gaten wordt gehouden waar mensen zijn", zei hij in het NOS Radio 1 Journaal. "Wij noemen het een spionagechip."

Volgens Filippini kan het systeem al snel voor andere zaken worden gebruikt. "Je krijgt een verschuiving van doelstellingen. Kijk naar de trajectcontrole. Die zou voor de veiligheid zijn, maar wordt nu gebruikt om dat omaatje in haar oude diesel uit de binnenstad van Utrecht te weren."

Sneeuw

Hoewel de chip nog in de testfase zit, hoeft Geraets niet meer overtuigd te worden. Wat hem betreft is het geen test, maar meer het leveren van het bewijs dat het systeem werkt.

"We weten dat de chip het doet en dat willen we aantonen aan alle belanghebbenden en aan de politiek. Dat doen we expres vier seizoenen lang, zodat we kunnen aantonen dat de chip het bijvoorbeeld ook doet als er sneeuw op de kentekenplaat zit vastgekoekt. Met cameratoezicht lukt dat echt niet.""

Bron: http://nos.nl/artikel/2041098-chip-moet-einde-maken-aan-fraude-met-kentekens.html, 13 juni 2015.

 

Gepubliceerd in Privacy First in de media

"Er zijn grenzen aan de technieken die de overheid mag gebruiken om de burger te controleren. Dat vindt zeventig procent van de deelnemers aan de Stelling van de Dag. U meent dat de controle met waarborgen moet worden omgeven.

Een ruime meerderheid vindt het dan ook een goede zaak dat privacywaakhond Privacy First een rechtszaak tegen trajectcontroles heeft aangespannen omdat de camera's niet alleen hardrijders registreren maar ook alle andere automobilisten die langsrijden en zich netjes aan de snelheidslimiet houden. Volgens Privacy First, dat een nationaal debat over controletechnieken wil houden, is dit onrechtmatig. "De goeden mogen niet onder de kwaden lijden", aldus een lezer. U vindt dat trajectcontrole net als in Duitsland verboden zou moeten worden.

Ook andere technische systemen vindt u onaanvaardbaar, zoals het opslaan van telefoon- en internetgegevens van burgers en het invoeren van het kenteken in parkeermeters, waar de rechter overigens al een stokje voor heeft gestoken. Over het met camera's registreren van kentekens en het opslaan van passagiersgegevens verschilt u van mening. De helft is ervoor, de andere helft is tegen.

Camera's op straat, in winkelcentra, tunnels en dergelijke vindt u echter geen bezwaar. "Het is goed voor onze veiligheid", schrijft iemand. Een ander tekent echter aan dat het niet de bedoeling is dat de camera's registreren "wat voor brood ik koop bij de bakker".

Aanvaardbaar
Zeventig procent van de lezers vindt opslaan van persoonsgegevens en camerabeelden alleen aanvaardbaar als er duidelijke waarborgen zijn, bijvoorbeeld dat ze niet worden misbruikt en dat ze maar kort worden bewaard. "Alleen toestaan indien er duidelijke garanties zijn dat de gegevens alleen voor dat ene doel beschikbaar zijn en alleen voor de juiste dienst", schrijft een lezer.

U bent het er niet mee eens dat dit soort controlepraktijken een noodzakelijk kwaad is en dus zonder meer moet worden aanvaard. Een flinke minderheid van bijna 40 procent vindt echter van wel: "Met alle terreur is het hard nodig, deze controle." Een ander schrijft: "Als er ook maar één zaak wordt opgelost omdat een persoon per ongeluk ergens op een camera staat, vind ik het prima."

Minister Van der Steur (Veiligheid) stelt dat de opsporing van misdrijven wordt bemoeilijk als bedrijven niet meer kunnen worden verplicht telefonie- en internetgegevens van burgers op te slaan. Ruim 60 procent van u is echter niet van deze argumentatie onder de indruk: "Onder het mom van veiligheid wordt een steeds meer totalitaire staat ingevoerd", aldus een lezer, die verwijst naar het boek '1984' over een futuristische dictatuur waarin 'Big Brother' elke burger via een beeldscherm in de gaten houdt.

Ruim zeventig procent van u vindt dat de overheid te veel en te vaak persoonsgegevens opslaat. "Ik vind het te ver gaan, mijn privacy wordt zo op vele terreinen geschonden," schrijft iemand. Meer dan de helft vindt dat bestrijding van misdaad en terreur ook wel zonder dit soort praktijken kan: "Het is nog nooit bewezen dat het opslaan van al deze data heeft geholpen tegen terreur.""
 
Bron: Telegraaf 8 april 2015, p. 18. Tevens gepubliceerd op http://www.telegraaf.nl/watuzegt/23898277/__Burger_ongebreideld_controleren__.html.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

"Op 8 juni 1949 publiceerde George Orwell zijn boek '1984' en introduceerde hij de term 'Big Brother is Watching You': de overheid die burgers continu in de gaten houdt, controleert en manipuleert. Vandaag, exact 65 jaar later, grijpen privacyvoorvechters deze datum aan om actie te voeren op de Big Brother Dag onder het motto '1984=nu'. We hebben nu nog de keuze: gaan we naar een controlestaat of kiezen we de vrijheid? 

Vingerafdrukken in paspoorten, commerciële bedrijven die alles over klanten bewaren, kentekenregistratie, op elke hoek van de straat een camera, drones en databanken die als paddenstoelen uit de grond schieten: ontkomen aan toezicht en registratie is nagenoeg onmogelijk geworden.

Lange tijd stonden mensen er niet bij stil en lieten ze het gebeuren vanuit de gedachte 'ik heb toch niets te verbergen?' Maar het dringt volgens privacyvoorvechters steeds meer door bij mensen dat privacy een belangrijk onderdeel van vrijheid is. En dat de gevolgen heel groot kunnen zijn als er iets misgaat in de gekoppelde systemen met persoonsgegevens. (...)

Het College Bescherming Persoonsgegevens krijgt het steeds drukker, het aantal vragen en meldingen nam het afgelopen jaar met veertien procent toe en er werd een kwart meer onderzoek gedaan naar overtredingen van de privacywetgeving. Het thema is meer dan ooit onderwerp van gesprek, concludeert de privacywaakhond.

Wat Orwell schreef in 1949 was sciencefiction. Anno nu zijn er veel dingen werkelijkheid geworden, zegt Miek Wijnberg van burgerrechtenvereniging Vrijbit, die de Big Brother-actiedag organiseert. Overheden en bedrijven bespieden burgers en gebruiken hun gegevens, terwijl het mensen bijna onmogelijk wordt gemaakt daar iets tegen te doen.

Wijnberg spreekt van systeemdwang. De NS zorgt er bijvoorbeeld met de ov-chipkaart voor, dat ze van iedereen die in de trein stapt exact weet wie waar was op een bepaald tijdstip. En dan weet de NS ook wie er nog meer waren én waar die mensen naartoe zijn gegaan. De overheid maakt dankbaar gebruik van die gegevens. Het Openbaar Ministerie vraagt wekelijks data op van reizigers, die het systeem nodig hebben.
(...)
Volgens Bas Filippini, voorzitter van de stichting Privacy First, is de overheid bezig met de opbouw van een 'digitaal concentratiekamp'. Wat je ziet is dat er steeds systemen worden opgetuigd na incidenten. Is er een aanslag gepleegd? Dan gaan we niet alleen verdachten in de gaten houden, maar meteen iedereen. Hij pleit voor het houden van de menselijke maat. De techniek voor bijvoorbeeld digitale gezichtsherkenning is er, maar je moet je als samenleving eerst afvragen: wíllen we dat wel?

Privacy en persoonsgegevens worden beschermd in verschillende wetten. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, een belangrijk adviesorgaan van de regering, concludeerde eerder echter dat burgers ervan uit moeten gaan dat hun informatie in handen van de overheid onveilig is. Het Elektronisch Patiënten Dossier, de stemcomputer, de ov-chipkaart: allemaal bewijzen van falende ict-projecten. Vooral de opslag en het verwerken van medische gegevens baren zorgen. De WRR waarschuwt voor een 'datakluwen' waarin burgers verstrikt raken. (...)

Wat burgers zelf kunnen doen om hun privacy te beschermen? Deskundigen zijn het erover eens: wees kritisch en alert. Accepteer niet klakkeloos dat je wordt ingeschreven in een elektronisch patiëntendossier bijvoorbeeld. Weiger de slimme energiemeter in je huis , waarschuwt Vrijbit. (...)

Privacyvoorvechters schetsen een donker toekomstbeeld als er geen kentering in de samenleving ontstaat en mensen in het verweer komen tegen de massale controle en registratie. Nu ondervinden de meeste mensen er weinig hinder van, maar de overheid verandert. Je weet nooit wie straks de beschikking heeft over gevoelige gegevens die in een ander tijdperk met andere motieven zijn verzameld (...)."

Bron: Telegraaf op zondag 8 juni 2014, p. 10. Lees het volledige artikel online: http://www.telegraaf.nl/premium/reportage/22715721/__Gevangen_in__datakluwen___.html.
 

Gepubliceerd in Privacy First in de media

Drones worden tegenwoordig niet alleen door het leger en de politie gebruikt, maar ook steeds meer door burgers en bedrijven. Wat zijn hiervan de risico's? En welke regels gelden er eigenlijk? Bekijk hieronder een item van Omroep Gelderland over dit onderwerp met o.a. Vincent Böhre van Stichting Privacy First:

Gepubliceerd in Privacy First in de media

Op donderdagavond 16 januari jl. hield Stichting Privacy First haar Nieuwjaarsborrel met enkele prominente sprekers. Eerste gastspreker was de voorzitter van het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP): Jacob Kohnstamm. In zijn toespraak ging de heer Kohnstamm allereerst in op de nieuwe EU-verordening voor de bescherming van persoonsgegevens, gevolgd door het NSA-afluisterschandaal. Hieronder een verslag:

Toespraak Jacob Kohnstamm bij Privacy First, 16 januari 2014. Foto: Maarten Tromp

Over de nieuwe EU-verordening voor gegevensbescherming merkte Jacob Kohnstamm ten eerste op dat, zodra deze verordening definitief zal zijn vastgesteld, deze op gelijke wijze zal gaan gelden in alle EU-lidstaten. Dit in tegenstelling tot de huidige EU-richtlijn voor gegevensbescherming uit 1995, die in verschillende EU-lidstaten op verschillende wijze wordt toegepast. Dit creëert voor bedrijven en voor burgers onduidelijkheid over het geldende privacyrecht, met name in het internationale verkeer. De nieuwe verordening kan aan die onduidelijkheid een einde maken, aangezien deze als Europese wet in alle EU-lidstaten op gelijke wijze zal gaan gelden. Zover is het echter nog niet: het huidige voorstel voor een nieuwe verordening is afkomstig van de Europese Commissie en dateert van januari 2012. Deze verordening zal pas definitief kunnen worden na een ingewikkelde, onnavolgbare procedure waarin zowel de Europese Commissie als de Europese Raad (van ministers van EU-lidstaten) en het Europees Parlement een belangrijke rol spelen. Kohnstamm: “Een Amerikaanse uitdrukking luidt: 'There are two things you don’t want to know: wat er in worsten zit en hoe wetgeving wordt gemaakt.' Dat geldt in het bijzonder voor Europese wetgeving. Het Torentje op het Haagse Binnenhof is daarbij vergeleken de transparantie zelve.” De belangrijkste principes uit de EU-richtlijn van 1995 zijn in de nieuwe verordening overgenomen en deels aangescherpt en versterkt. Dit tegen de zin van de Amerikanen: “Het mooiste compliment dat de Europese Commissie heeft gekregen over de privacyvriendelijkheid van de nieuwe verordening is een massieve lobby uit de Verenigde Staten, met name uit Silicon Valley, tégen die verordening”, aldus Kohnstamm. Die Amerikaanse counter-lobby in Brussel was (en is) buitengewoon agressief: minstens een derde van alle voorgestelde wijzigingen op de concept-verordening werd ingestoken vanuit het Amerikaanse bedrijfsleven. Een voorbeeld daarvan is de boetebevoegdheid die nationale toezichthouders voor gegevensbescherming onder de nieuwe verordening zouden krijgen: in het oorspronkelijke voorstel van de Europese Commissie bedroeg die boete 5% van de omzet van het te beboeten bedrijf, maar onder Amerikaanse druk werd dat voortijdig afgezwakt tot 2%. Volgens Kohnstamm vormt het huidige voorstel voor een nieuwe verordening echter nog steeds een versterking van de Europese privacywetgeving, zowel voor burgers als voor toezichthouders zoals het CBP. Een zwak punt betreft echter de zogeheten pseudonimisering van persoonsgegevens, als die persoonsgegevens daardoor buiten de bescherming van de verordening zouden vallen. “Pseudonimisering is echt een Paard van Troje”, waarschuwt Kohnstamm. Gepseudonimiseerde persoonsgegevens zijn indirect immers altijd tot specifieke personen te herleiden.

Volgens Kohnstamm wordt de huidige vertraging bij de totstandkoming van de nieuwe verordening met name veroorzaakt door de Europese Raad van ministers en bijbehorende ambtenaren. Door nationalistische invloeden blijken sommige Europese regeringen onderling van mening te verschillen over de machts- en toezichtsvragen die de nieuwe verordening opwerpt. Als er binnenkort op Europees niveau geen schot in de zaak komt “kan het nog jaren gaan duren voordat we die nieuwe Europese verordening krijgen. Dan krijgt het Amerikaanse bedrijfsleven nog volop de gelegenheid om te lobbyen en de huidige normen verder te doen verwateren. Dat zou een dramatische ontwikkeling zijn”, aldus Kohnstamm.

Toespraak Jacob Kohnstamm bij Privacy First, 16 januari 2014. Foto: Maarten Tromp

Naar aanleiding van het NSA-afluisterschandaal vertelt Kohnstamm dat, zodra de eerste documenten van Edward Snowden naar buiten kwamen, hij in zijn hoedanigheid als voorzitter van 'WP29' (de werkgroep van privacytoezichthouders uit alle EU-lidstaten) een “stevige brief” aan de Europese Commissie geschreven heeft met daarin een oproep om tot actie over te gaan. Vervolgens werd er een speciale EU-US working group opgericht waar Kohnstamm lid van werd. Het gaat hier echter om het domein van nationale veiligheid, dus zeggen de EU-lidstaten: “dat is onze bevoegdheid, niet van de Europese Unie”. Die Europese verdeeldheid speelt de Amerikanen echter juist in de kaart. Kohnstamm: Verdeel en heers is wat de Verenigde Staten, maar ook andere grootmachten, graag ten opzichte van de Europese Unie uitspelen.” Vervolgens noemt Kohnstamm vier verschillen tussen de Verenigde Staten en Europa die volgens hem van belang zijn op dit terrein:
1) Voor Amerikanen is het louter verzamelen van gegevens niet iets wat privacybescherming verdient, maar pas zodra er sprake is van het gebruik van die gegevens. Voor Europeanen daarentegen is de bescherming van persoonsgegevens een fundamenteel grondrecht, waarbij het verzamelen óf verwerken van die gegevens op zichzelf al aan wettelijke beperkingen onderhevig is. Zo dient er in de Europese visie altijd een rechtsgrond voor verzameling of verwerking aanwezig te zijn, bijvoorbeeld een wettelijke grondslag, een contract of persoonlijke toestemming. Dit verschil is essentieel voor de discussie tussen Europa en de Verenigde Staten.
2) In Amerika wordt toezicht op de NSA gehouden door een geheime rechtbank, het FISA Court. “Er is dus tenminste een rechtbank, ook al is ie geheim. Ik ken geen enkel ander land waar rechters meebesluiten of iets rechtmatig is in het kader van wat veiligheidsdiensten uitspoken. Ik ben overigens uiterst kritisch over wat het FISA Court doet, maar de structuur op zichzelf hebben andere landen niet eens”, aldus Kohnstamm. Vergeleken daarbij is het toezicht in een land als het Verenigd Koninkrijk bijvoorbeeld veel slechter geregeld.
3) Amerikaans-wettelijke discriminatie tussen Amerikanen en niet-Amerikanen. Kohnstamm: “Door de Amerikanen worden wij Europeanen behandeld als Noord-Koreanen, bij wijze van spreken. Die discriminatie in de Amerikaanse wetgeving ten aanzien van veiligheidsdiensten is nauwelijks te verteren.”
4) De rechtsgronden op basis waarvan Amerikaanse veiligheidsdiensten (bijvoorbeeld de NSA) opereren zijn er drie: twee wetten, en de derde is een soort Algemene Maatregel van Bestuur, een administrative order genaamd '12333'. Die administrative order is een presidentieel besluit zonder parlementaire betrokkenheid, waarin zaken als een definitie van “foreign intelligence” (buitenlandse inlichtingen) geheel ontbreken. “Daarmee kunnen de NSA en anderen totaal hun gang gaan, zonder dat het gecontroleerd is.”

Eventuele Amerikaanse wetswijzigingen en toekomstig beter toezicht ten spijt, blijft “de NSA feitelijk een multinational met een budget van ongekende omvang”, aldus Kohnstamm. Zolang het Amerikaanse onderscheid tussen de verzameling en het gebruik van persoonsgegevens zal blijven bestaan, zal dat niet leiden tot meer privacy voor Europeanen ten opzichte van organisaties als de NSA, zo voorspelt hij. “En zolang Europese landen veiligheid als een louter nationale bevoegdheid blijven zien, gaan wij deze strijd tussen Europa en de VS niet winnen.” Ook vanuit het Amerikaanse congres verwacht Kohnstamm weinig pressie om de NSA-activiteiten te temperen. Enige recente druk in die richting vanuit het Amerikaanse bedrijfsleven acht hij bovendien hypocriet. “De enige vuist die we dus kunnen maken is een Europese vuist”, zo besluit Kohnstamm zijn betoog.

Gepubliceerd in Metaprivacy
Pagina 12 van 12
© 2024 All Rights Reserved. Carefully crafted by WarpTheme

Onze Partners

logo Voys Privacyfirst
logo greenhost
logo platfrm
logo AKBA
logo boekx
logo brandeis
banner ned 1024px1
Deelnemer Privacycoalitie
Control Privacy
Pro Bono Connect logo 100