Toon items op tag: Toekomst

Stichting Privacy First nodigt u graag uit voor haar Nieuwjaarsreceptie! Deze zal plaatsvinden op donderdagavond 19 januari as. op onze kantoorlocatie in Amsterdam. De avond zal grotendeels in het teken staan van de Shared Democracy: na Athene (democratie 1.0) en onze huidige 19e-eeuwse parlementaire democratie (2.0) is het in de optiek van Privacy First hoog tijd voor verdere vernieuwing en burgerparticipatie: Shared Democracy, democratie 3.0! In zijn Nieuwjaarstoespraak zal Privacy First voorzitter Bas Filippini hier onze visie op geven. Vervolgens vertelt ICT-onderzoeker Brenno de Winter over de problemen rond privacy, informatiebeveiliging en de huidige kloof tussen burger en bestuur. In zijn nieuwe boek Digitale Stormvloed legt hij pijnlijk bloot hoe informatiebeveiliging en privacybescherming tekortschieten en hoe we als samenleving kunnen sturen naar werkbare oplossingen.

Hoe kunnen we de Shared Democracy gebruiken om oplossingen te verwezenlijken? Graag gaan wij hierover met u in debat om gezamenlijk tot mogelijke antwoorden te komen, gevolgd door een borrel waar wij samen kunnen proosten op een privacyvriendelijk 2017!

Iedereen is welkom, toegang is gratis. Donaties aan Privacy First worden echter zeer op prijs gesteld. Aanmelden kan via Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken., maar is niet verplicht.

Datum: donderdag 19 januari 2017, 20.00-22.00u (inloop vanaf 19.30u).
Locatie: Volkshotel, Wibautstraat 150 te Amsterdam (Betonnen Zaal, begane grond). Een routebeschrijving vindt u op www.volkshotel.nl/nl/#locatie.

Klik HIER voor de uitnodiging zoals Privacy First die onlangs aan haar netwerk verzond (pdf). Wilt u voortaan directe uitnodigingen voor onze evenementen ontvangen? Mail ons! Dan voegen wij u toe aan onze mailinglist.

uitnodiging PrivacyFirst jan2017

Gepubliceerd in Evenementen

Na talloze rechtszaken in diverse Europese landen is de kogel nu eindelijk door de kerk: in een baanbrekende uitspraak heeft het Europese Hof van Justitie deze week bepaald dat een algemene bewaarplicht van telecomgegevens (dataretentie) onrechtmatig is wegens strijd met het recht op privacy. Deze uitspraak heeft verstrekkende consequenties voor surveillance-wetgeving in alle EU-lidstaten, ook in Nederland.

Eerdere dataretentie in Nederland

In Nederland werden sinds 2009 onder de Wet Bewaarplicht Telecommunicatie ieders communicatiegegevens (telefonie- en internetverkeer) respectievelijk 12 maanden en 6 maanden door telecomproviders opgeslagen voor de opsporing en vervolging van strafbare feiten. Deze Nederlandse dataretentie-wetgeving vloeide voort uit de Europese Dataretentierichtlijn van 2006. In april 2014 verklaarde het Europese Hof van Justitie deze Europese richtlijn echter ongeldig wegens strijd met het recht op privacy. Vervolgens weigerde minister Opstelten (Justitie) de Nederlandse Wet Bewaarplicht Telecommunicatie in te trekken, waarna een brede coalitie van Nederlandse organisaties en ondernemingen in kort geding eiste dat de wet buiten werking zou worden gesteld. De eisers in dit kort geding waren Stichting Privacy First, de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten (NVSA), de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ), het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten (NJCM), internetprovider BIT en telecomaanbieders VOYS en SpeakUp. De zaak werd gevoerd door Boekx Advocaten in Amsterdam, en met succes: in een uniek vonnis (wetten worden zelden door rechters buiten werking gesteld, laat staan in kort geding) stelde de rechtbank Den Haag op 11 maart 2015 per direct de gehele wet buiten werking. Vervolgens besloot de Staat niet in hoger beroep te gaan, waardoor het vonnis sindsdien definitief is. Vervolgens zijn de betreffende data bij alle relevante Nederlandse telecombedrijven gewist. Tot problemen in het kader van strafrechtelijke opsporing en vervolging lijkt dit tot nu toe niet te hebben geleid.

Europees Hof maakt definitief gehakt van massale data-opslag

Het oordeel van het Europees Hof uit april 2014 liet helaas nog enige ruimte voor interpretatie in hoeverre brede, algemene opslag van ieders communicatiedata alsnog zou kunnen worden toegestaan, bijvoorbeeld door streng rechterlijk toezicht vooraf op de toegang en het gebruik van die data. In een Zweedse en Britse zaak over dataretentie hakt het Europees Hof die knoop nu alsnog door ten gunste van het recht op privacy van iedere onschuldige burger op Europees grondgebied:

"Het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie verzet zich tegen een nationale regeling die, ter bestrijding van criminaliteit, voorziet in algemene en ongedifferentieerde bewaring van alle verkeersgegevens en locatiegegevens van alle abonnees en geregistreerde gebruikers betreffende alle elektronische communicatiemiddelen." Aldus het Hof.

Oftewel: massale opslag van ieders data ter opsporing en vervolging van strafbare feiten is onrechtmatig. Volgens het Hof gaat dit immers "verder dan strikt noodzakelijk en gerechtvaardigd is in een democratische samenleving".

In diplomatieke bewoordingen zegt het Hof hier eigenlijk dat dergelijke wetgeving niet thuishoort in een democratische rechtsstaat, maar in een totalitaire dictatuur. Dat is ook precies de bestaansreden van het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie (geïnspireerd door universele mensenrechten) waarop het oordeel van het Hof gebaseerd is.

Consequenties voor Nederland

Onlangs heeft Minister Van der Steur ("Veiligheid en Justitie") opnieuw een wetsvoorstel ter herinvoering van een brede, algemene telecom-bewaarplicht ingediend bij de Tweede Kamer. Tevens is momenteel een vergelijkbaar wetsvoorstel ter herkenning en bewaring van de kentekens van alle auto's in Nederland (oftewel ieders reisbewegingen, locatiedata) aanhangig bij de Eerste Kamer. Beide wetsvoorstellen zijn na de uitspraak van het EU Hof bij voorbaat onrechtmatig wegens strijd met het recht op privacy. Hetzelfde geldt voor geplande massa-opslag van kabeldata onder de nieuwe Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (en de internationale uitwisseling daarvan), eventuele toekomstige herinvoering van centrale databanken met ieders vingerafdrukken, nationale DNA-databanken, nationale registers met ieders financiële transacties, etc. etc.

Na de huidige uitspraak van het EU Hof is voor het Nederlandse kabinet dan ook maar één conclusie mogelijk: zowel het wetsvoorstel met de nieuwe telecom-bewaarplicht als het wetsvoorstel voor massale kentekenregistratie dienen per direct te worden ingetrokken. Zo niet, dan zal Privacy First dit opnieuw bij de rechter afdwingen. Hetzelfde geldt voor andere wetsvoorstellen waardoor het recht op privacy van onschuldige burgers massaal dreigt te worden geschonden.


Lees ook: https://www.nrc.nl/nieuws/2016/12/22/eu-hof-beperkt-opslag-van-data-tegenslag-voor-terreurbestrijders-5891446-a1537920 & https://www.security.nl/posting/497384/Privacy+First+dreigt+kabinet+met+rechtszaken+na+uitspraak+EU-hof.


Privacy First wenst u fijne feestdagen en een privacyvriendelijk 2017!  

Gepubliceerd in Wetgeving

In hoeverre bestaat er een recht op contante of anderszins anonieme betaling? Hoe kan dit recht juridisch worden versterkt en technisch worden gerealiseerd?

Op donderdagavond 7 april 2016 vond op de kantoorlocatie van Privacy First (Volkshotel, Amsterdam) een enerverend publieksdebat plaats over het recht op anonieme betaling. Privacy First organiseerde dit debat omdat anoniem betalen steeds meer onder druk komt te staan. Contant betalen wordt uitgebannen, zonder dat daar anonieme digitale alternatieven voor in de plaats komen.

Privacy First voorzitter Bas Filippini opende de avond en het debat werd geleid door moderator Ancilla Tilia (columnist FD). Voor het debat waren een viertal gastsprekers uitgenodigd: Vincent Jansen (Innopay – Payments & Digital Identity), Bram Scholten (DNB), Eric Verheul (KeyControls/Radboud Universiteit Nijmegen) en Olivier Oosterbaan (Leopold Meijnen Oosterbaan Advocaten).

Publieksdebat onder leiding van Ancilla Tilia

Ancilla Tilia begon de avond met haar column voor het Financieel Dagblad ‘Ik ben niet mijn bankrekening’, waarin zij zich afvraagt: ‘Wie komt er op voor het behoud van contant geld?’


Bas Filippini – voorzitter Privacy First

Vervolgens was het woord aan Privacy First voorzitter Bas Filippini. In zijn voorwoord benadrukte Filippini dat privacy niet alleen zij aan zij staat met veiligheid, maar dat het een basisprincipe is van onze democratische rechtsstaat. Het is een fundamenteel recht om anoniem te kunnen zijn in de openbare ruimte. Het recht op anonieme betaling vormt hier een belangrijk onderdeel van. We zijn de laatste jaren echter gegaan van ‘Cash is King naar Cash is Crimineel’. Filippini is benieuwd of er privacyvriendelijke alternatieven bestaan voor bankbiljetten en klinkende munten, en om te kijken of technologie het principe van anoniem betalen kan ondersteunen in plaats van ondermijnen.

Cash is king


Olivier Oosterbaan – Leopold Meijnen Oosterbaan Advocaten

Olivier Oosterbaan zet zich onder meer in voor privacy en tegen identiteitsdiefstal. Tijdens het publieksdebat legt hij een paar mogelijke verwerkingsgrondslagen uit in het kader van de Wet bescherming persoonsgegevens en de balans met de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Zo vertelt hij wie er mogelijk allemaal bij een parkeertransactie betrokken zijn en welke gegevens er worden gedeeld. Daarnaast laat je hiermee de gemeente weten dat je op een bepaalde plek gedurende een bepaalde periode bent geweest. Maar ook bij sommige winkels kan je alleen nog met pin betalen en laat je de bank daardoor weten dat je op een bepaalde plek bent geweest.


Vincent Jansen – InnoPay en Digital Identity

Vincent specialiseert zich in innovatief betalen en dat heeft in zijn kader weinig met cash geld te maken. Hij geeft een inleiding over context: hoe meer context je geeft aan een betaling, hoe minder anoniem je zult zijn.

Cash geld
In deze context: hoe vaker je bij een winkel komt, hoe meer informatie je deelt met de ontvangende partij, bijvoorbeeld wanneer je elke week bij je lievelingskoffietentje komt: op den duur weet men dat je daar elke week een lekkere latte macchiato komt halen. Door meer context te geven verdwijnt een deel van je anonimiteit.

Pinnen
Wanneer je gaat pinnen, krijgt de ontvangende partij informatie: op het bonnetje staan bijvoorbeeld de laatste cijfers van je bankrekeningnummer en je pasnummer. Hierdoor kan de ontvangende partij weten dat je een terugkerende klant bent. Als klant krijg je niet veel meer informatie dan wanneer je contant betaalt: je weet bijvoorbeeld de naam van de winkel en waar deze gevestigd is. Het verschil tussen pinnen en contant betalen is dus voornamelijk dat er een betaaldienstverlener tussen zit, die moet weten wie er wil betalen en aan wie er betaald moet worden. Hierbij dient de betaaldienstverlener te weten op welke tijd en bij welke vestiging je bijvoorbeeld bent en daarbij ontstaat een hele hoop data.

Overschrijving
Hoe zit het dan bij betaling door middel van overschrijving? Hierbij heb je indien je geld wilt overmaken veel informatie nodig van de begunstigde. Wat opmerkelijk is, is dat de begunstigde ook veel informatie krijgt, zoals het rekeningnummer, de tenaamstelling en ook de adresgegevens en woonplaats van de verzender.

Trends

  • Crypto-currency als trend, het fenomeen dat je eigenlijk een soort van online cash kunt hebben. Dit is niet anoniem, maar een zekere vorm van pseudonimiteit waar geen bank tussen zit en waar we met zijn allen vaststellen wie het geld heeft en waar het zich bevindt. Het is een trend die relatief jong is, maar waar veel potentie in zit, in de vorm van het hebben van 'digitaal cash'.

  • Een ander fenomeen is om reguliere transacties in de huidige betaalstructuur te pseudonimiseren. Dit is een generieke trend, waarbij gegevens niet meer te relateren zijn en waarbij er minder statische gegevens met de transactie worden meegegeven.

  • Een andere trend vanuit de Europese Commissie is de Payment Service Directive die in 2018 van kracht zal zijn. Hierbij krijgen banken de opdracht om, als de klant dat wil, een rekening open te stellen voor betaaldiensten en informatiediensten. Anders gezegd: ik moet een provider vertellen dat jij namens mij naar mijn afschriften kunt kijken, in al mijn bankrekeningen, om bijvoorbeeld mijn budgetcoach te worden. Wat er echter waarschijnlijk gaat gebeuren is dat bankgegevens elders geraadpleegd kunnen worden en zullen worden opgeslagen.

  • De laatste trend die benoemd wordt is Social Payments, voornamelijk in de peer-to-peer sfeer dat betalen steeds meer een onderdeel wordt van interactie en dat het juist heel 'cool' en leuk kan zijn om een betaling te verrijken met context. Zodat het gaat leven in de bankomgeving, door te vermelden waarom je betaalt, waar het was en hierbij bijvoorbeeld een leuke foto te plaatsen. Een ander fenomeen is dat IBANS (wat lastige dingen zijn) mogelijk vervangen zullen worden door 06-nummers en e-mailadressen, die ook weer extra herleidbaarheid met zich meebrengen.

Wie komt er op voor contant geld

Bram Scholten – De Nederlandsche Bank

Sinds 2012 maakt De Nederlandsche Bank (DNB) zich zorgen over de druk op contant geld. In de jaarverslagen van DNB wordt het belang van contant geld dan ook onderstreept. Bram Scholten stelt dat contant geld een bescherming van privacy geeft. Hij citeert uit het DNB jaarverslag van 2012: ‘In deze tijd waarin de samenleving langs elektronische weg steeds meer de persoonlijke levenssfeer binnendringt blijft daaraan behoefte bestaan’. De Nederlandsche Bank heeft zich ingezet om met marktpartijen zoals Detailhandel Nederland en de Nederlandse Betaalvereniging, die de banken vertegenwoordigd, in november 2015 in het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer (MOB) in eigen kring uit te dragen dat voor toonbankbetalingen (betalingen buiten de deur) contant betalen mogelijk blijft. Daarmee wordt dus afstand genomen van het feit dat er soms geen contante betalingen meer mogelijk zouden zijn. De Nederlandsche Bank heeft gemeten dat de helft van alle betalingen nog met contant geld wordt gedaan.

Contant geld is positief

Contant betalen is natuurlijk een mogelijkheid om anoniem te betalen. Als wij een recht zouden hebben om contant te betalen, dan zouden wij ook een rechtmatige mogelijkheid hebben om anoniem te betalen. In wezen is het zo dat in het Burgerlijk Wetboek contant betalen als de gewone manier van betalen wordt beschreven. Er moeten in principe nadere afspraken gemaakt worden om af te wijken van de wet om contant te betalen. In het rapport van het MOB is dan ook gesteld dat met name in situaties waarin er sprake is van een lokaal monopolie, zoals een apotheek in een gebied waar geen andere apotheken zijn, als je daar niet contant zou kunnen betalen, dan zou dit bepaalde mensen kunnen duperen, omdat mensen niet meer kunnen krijgen wat ze nodig hebben. Het MOB ziet dit als onwenselijk en vraagt zich ook af of het rechtmatig is om contant geld te weigeren. Dit is een open vraag en in wezen ook een vraag op het gebied van Europees recht, omdat op Europees niveau is vastgelegd dat contant geld een wettig betaalmiddel is. Er bestaat echter nog geen jurisprudentie van het Europees Hof van Justitie hoe dit moet worden toegepast en wat het begrip 'wettig betaalmiddel' precies inhoudt. Dat leent zich dus wellicht voor een proefproces.

Contant is anoniem

Eric Verheul – Radboud Universiteit Nijmegen & Digital Security Group

Eric hield een presentatie over online betalen en online aanloggen. Wat gebeurt er precies wanneer je iets afrekent in een webshop? Bijvoorbeeld: Jan Jansen koopt iets in een webshop, wat hij precies aanschaft kan iets zeggen over hem als persoon, misschien is het wel iets waarvoor hij zich schaamt en waarvan hij niet wil dat iedereen het weet. Het zou ook kunnen dat die informatie bijzondere persoonsgegevens bevat. Wanneer je online betaalt, dan weet de bank wie jij bent en aan wie je betaalt. Dit kan vanuit privacy-oogpunt nadelig zijn, maar qua veiligheid prettig zijn. Hierdoor kan een bank bijvoorbeeld zien dat een betaling frauduleus is en deze betaling stopzetten. Daarnaast kan het voor de webshop handig zijn om je rekeningnummer te weten, wanneer zij bijvoorbeeld geld terug willen storten.

Dit staat in relatie met een online applicatie: je hebt bijvoorbeeld DigiD om te kunnen inloggen bij de Belastingdienst. Daarbij geldt dezelfde problematiek als met online betalingen, omdat je hierbij jezelf identificeert met bijvoorbeeld je naam of in sommige gevallen een pseudoniem. Zo’n toegangsdienst weet jouw identiteit en tot welke website jij toegang zoekt. En zo’n toegangsdienst zou bijvoorbeeld gehackt kunnen worden. Steeds meer zorginstellingen gaan werken met DigiD, maar hoe wenselijk is het dat DigiD weet dat jij een GGZ-instelling bezoekt? En wat als bijvoorbeeld een bank zo’n toegangsdienst verleent, hoe wenselijk is het dat zo’n partij dat allemaal weet? In de parallel met de fysieke wereld: dan weet iemand welke fysieke winkels jij allemaal bezoekt. Digitaal is het momenteel heel vanzelfsprekend dat dat allemaal zo gaat.

In 2014 hebben we een nieuwe techniek ontwikkeld: polymorfe pseudonimisering. Het werkt eigenlijk op dezelfde manier als bijvoorbeeld DigiD of een andere toegangsdienst, je moet alleen een speciale kaart laten zien en het bijzondere van die kaart is dat de toegangsdienst die die kaart leest niet je identiteit kan achterhalen, maar alleen versleutelde pseudoniemen kan aflezen. Hiermee verleent de toegangsdienst wel toegang tot een website, de website die je bezoekt weet met wie hij te maken heeft, maar de toegangsdienst heeft niet meer jouw (persoons)gegevens. Deze dienst zou je ook kunnen gebruiken voor online betalen, door bijvoorbeeld een encrypted e-wallet te vullen met geld. Met een bank kun je wel geld overmaken naar die e-wallet, maar de bank weet niet meer met wie hij precies te maken heeft, omdat de e-wallet is gepseudonimiseerd.


Na afloop van de inleidingen en presentaties volgde een publieksdebat, waarbij diverse vragen werden beantwoord en enkele aanbevelingen werden gegeven:

Aanbevelingen:

  • Kijk naar het digitale betalingsverkeer en hoe dit privacyvriendelijker gemaakt kan worden.
  • Contant betalen moet mogelijk blijven voor toonbankbetalingen (betalingen buiten de deur).

Een greep uit de vragen vanuit het publiek aan de gastsprekers:

In hoeverre is een prepaid creditcard een anoniem betaalmiddel?

  • Voor een prepaid creditcard wordt identificatie gevraagd.
  • Vaak moet ook een prepaid creditcard worden geactiveerd voor specifieke betalingen.

Hoe staan jullie er tegenover dat het briefje van 500 euro wordt uitgefaseerd?

  • Het zal niet nuttig zijn in het kader van terrorismebestrijding.

 

Klik HIER voor de uitnodiging (pdf) die Privacy First voor dit evenement aan haar netwerk verzond. Wilt u voortaan ook een uitnodiging voor onze evenementen ontvangen? Stuur ons dan een bericht, dan zetten wij u op onze mailinglist!

Gepubliceerd in Evenementen

"Privacy, en het gebrek eraan, was een onderwerp dat vorig jaar bijna dagelijks in het nieuws kwam en gezien de resultaten van de poll verwachten de lezers van Security.NL dat privacy ook in 2016 weer veelvuldig de actualiteit zal beheersen.

Aanleiding voor Security.NL om drie organisaties die zich inzetten voor privacy, zowel buiten als op het internet, te vragen welke zaken dit jaar het nieuws zullen beheersen. Daarnaast zullen Bits of Freedom, Privacy Barometer en Stichting Privacy First laten weten waar ze zich op gaan richten en wat je dit jaar absoluut moet doen op het gebied van privacy.

Wetgeving

Alle drie de organisaties zien vooral voor de wetgever een belangrijke rol weggelegd als het om privacy gaat. "Komend jaar zal er vanuit de politiek al voorgesorteerd worden voor de verkiezingen in maart 2017. Het wetsvoorstel voor inbraakbevoegdheid voor de politie is net naar de Tweede Kamer gestuurd, maar het is maar de vraag of het kabinet het met andere gevoelige wetsvoorstellen nog aandurft. Zo is het uitbreiden van bevoegdheden voor de AIVD en MIVD zeer controversieel en dat wetsvoorstel staat ook niet genoemd op de lijst voor de komende maanden", zegt Reinout Barth van Privacy Barometer.

Daphne van der Kroft van Bits of Freedom stelt dat er de komende maanden in verschillende Europese landen voorstellen zullen verschijnen om massasurveillance door geheime diensten mogelijk te maken. "In Nederland gebeurt dat in de vernieuwing van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten. Het wordt spannend of ook onschuldige burgers daar de dupe van zullen worden", zo laat ze weten. Vincent Böhre van Privacy First kijkt onder andere naar de rol van privacy bij lokale overheden. "Met name de gemeenten zullen nadat de eerste stofwolken van de decentralisaties zijn neergedaald nog eens goed moeten nadenken hoe ze duurzaam met persoonsgegevens kunnen omgaan."

Meldplicht Datalekken

Ook verwachten alle drie de organisaties het nodige van de Europese privacywetgeving en de Meldplicht Datalekken die sinds 1 januari van kracht is. "Bedrijven en overheden zullen een tandje bij moeten zetten om aan de nieuwe regels te voldoen nu deze definitief zijn. De Wet Meldplicht Datalekken was een aardig voorproefje van wat komen gaat, bij veel organisaties bleek dat toch wel een big issue”, merkt Böhre op. In Nederland kan de Autoriteit Persoonsgegevens bij datalekken boetes van 820.000 euro uitdelen. Iets dat zeker impact zal hebben, aldus Van der Kroft. "Dat gaat betekenen dat bedrijven nu veel meer geneigd zullen zijn zich netter aan de wet te houden."

Bits of Freedom en Privacy First noemen ook het nieuwe privacy-akkoord dat tussen de Verenigde Staten en Europa moet worden gesloten, aangezien de Safe Harbour-overeenkomst vorig jaar ongeldig werd verklaard. "Tot nog toe zijn dat heel moeilijke onderhandelingen. We zijn benieuwd wat daaruit komt!”, laat Van der Kroft weten.

Volgens Barth zijn er daarnaast nog twee aandachtsgebieden die wat onder de radar zitten. Het gaat om de ontwikkelingen op het nieuwe eID-systeem als opvolger van DigiD. “Kunnen we straks nog anoniem het internet op of zullen we bij elke webshop of website ons moeten identificeren met het eID?”, vraagt hij zich af. Een ander punt zijn de leerlinggegevens die door uitgevers worden verzameld. "Sander Dekker [staatssecretaris van Onderwijs - red.] doet er luchtig over, maar dat uitgevers het gehele studiegedrag inclusief resultaten op BSN-nummer kunnen volgen is een flinke privacyschending, want zijn die gegevens voor de uitgever wel noodzakelijk? De visie van Dekker kan nog een flink debat in Tweede Kamer of bij ouders opleveren", verwacht Barth.

Speerpunten

Dat privacy op steeds meer plekken een rol speelt blijkt wel uit de verschillende punten waar de privacyorganisaties zich dit jaar mee gaan bezighouden. Bits of Freedom richt zich op verschillende wetsvoorstellen. "Het hackvoorstel moet van tafel. Als de politie wil kunnen hacken, heeft zij belang bij kwetsbaarheden in systemen. Daarmee wordt de internetter dus uiteindelijk alleen maar onveiliger. Dat willen we voorkomen”, zegt Van der Kroft. Ook wil de privacyvoorvechter het nieuwe voorstel voor de Bewaarplicht stoppen en dat het ongericht aftappen van de kabel door de geheime diensten uit het nieuwe voorstel voor de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten wordt gehaald.

Bij Privacy First staan andere onderwerpen op de agenda. De stichting gaat zich richten op anonimiteit in de openbare ruimte, zoals cameratoezicht, ANPR (automatisch kentekenherkenning) en kentekenparkeren, Big Data en profiling, medische privacy en 'slimme' energiemeters. Verder verwacht Privacy First verschillende rechtszaken voort te zetten, waaronder 'Burgers tegen Plasterk', en nieuwe rechtszaken te starten, mogelijk tegen Facebook en ANPR.

Privacytips

Als het om privacybescherming gaat ligt de bal niet alleen bij privacyorganisaties. Er is genoeg dat burgers en internetgebruikers kunnen doen. Van der Kroft wijst daarbij naar de toolbox van Bits of Freedom, die verschillende privacytools bevat. Böhre van Privacy First combineert bewustzijn en techniek. "Behandel privacy net als je auto of tandarts en neem periodiek de tijd om na te gaan of je instellingen, programma's etc. nog op orde zijn en doen wat jij wilt", adviseert hij. Ook raadt hij aan om advertenties en trackingcookies te blokkeren en privacyorganisaties te steunen.

Privacy Barometer zet vooral in op bewustzijn. "De belangrijkste tip die we zouden willen meegeven is: probeer jezelf en je omgeving bewust te maken over al de persoonsgegevens die je deelt en met wie. We geven sommige bedrijven ongekend veel macht door in hun fuik te zwemmen en hen onze diepste geheimen toe te vertrouwen. Wil je Facebook en Whatsapp zo machtig maken dat het steeds moeilijker wordt zonder hen je leven te kunnen leiden?”, stelt Barth de vraag. “Laat grote internetbedrijven niet de baas over ons worden. Maak mensen bewust over persoonsgegevens, zoek alternatieven en promoot de mooiste daarvan in je eigen omgeving.""

Bron: https://www.security.nl/posting/457026/Privacy+in+2016%3A+van+wetgeving+tot+bewustzijn, 9 januari 2016.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

"Cash betalen is een grondrecht." 

Door de Telegraaf werd Privacy First voorzitter Bas Filippini deze week geïnterviewd over het recht op anoniem betalen en de gevaren van een cashloze samenleving. Hieronder het volledige krantenartikel:

"Vroeger was betalen een anonieme handeling. Dankzij het gemak van pinnen, 'pin only'-initiatieven en de opkomst van winkelen op internet laten burgers bij het afrekenen steeds meer sporen na. Maar wat gebeurt er eigenlijk met die gegevens?

In de jacht op zwartspaarders lukte het de Belastingdienst om alle transactiegegevens te bemachtigen van Nederlanders die betaalden met een betaalkaart van een buitenlandse bank. De betalingsgegevens werden drie jaar lang opgeslagen en konden naderhand gekoppeld worden aan klantgegevens van webwinkels of postorderbedrijven die adressen en andere informatie bewaren van hun klanten.

Het gemak waarmee de fiscus bij al die gegevens kon, verontrust Bas Filippini van Privacy First. Hij heeft geen goed woord over voor de methode die de Belastingdienst hanteert om zwartspaarders op te sporen.

„Moet iedereen dadelijk achterom kijken bij elke betaling die je doet?” Filippini vreest dat overheden in hun ijver om belastingontduikers en criminelen op te sporen „de hele maatschappij in een elektronische gevangenis zetten”. Daarom ijvert zijn stichting onder meer voor de bescherming van het fundamentele recht op anoniem betalen. Een recht dat aan alle kanten in het geding is, zo ziet Filippini met lede ogen aan.

Neem de parkeermeters die in steeds meer gemeenten opduiken en die geen muntgeld meer accepteren. Terwijl dat „toch een wettelijk betaalmiddel is”. Filippini bereidt een proces voor tegen gemeenten die muntgeld weigeren. Maar zijn acties tegen de verdringing van cash uit het reguliere betalingsverkeer krijgen nog niet massaal bijval in Nederland. Van de potentiële gevaren, die Filippini schetst, liggen de meeste landgenoten niet wakker.

Hoe anders is het sentiment in Duitsland waar veel burgers nog hangen aan betalen met papiergeld. In de pijnlijke historische wetenschap dat persoonsgegevens in verkeerde handen kunnen komen, is privacy bij de Oosterburen een groot goed. Daar is het niet ongebruikelijk om met een koffertje bankbiljetten een auto aan te schaffen. Maar als het op betalen aankomt is de internationale trend een andere. Steeds meer vooraanstaande economen pleiten voor een cashloze samenleving. En in Zweden denkt de politiek serieus na over een verbod op papiergeld.

Het is de criminalisering van cashgeld die Filippini dwars zit. „Bij de Belastingdienst en de FIOD leeft het hardnekkige misverstand dat zij criminaliteit voor 100 procent moeten oplossen. Maar dat betekent 100 procent controle en dan leef je niet meer in een rechtsstaat.”

Bovendien zijn data te manipuleren en kunnen er fouten sluipen in de databases. „Wie zet de vinkjes achter je naam? Zo creëren we een bureaucratisch monster.”"

Bron: De Financiële Telegraaf, 28 oktober 2015, p. 23; klik HIER voor het artikel bij de Telegraaf online. Een kortere versie verscheen dezelfde dag in het Noordhollands Dagblad, Leidsch Dagblad, IJmuider Courant, Haarlems Dagblad en De Gooi- en Eemlander.

Gepubliceerd in Privacy First in de media
vrijdag, 31 juli 2015 13:48

Belgische 'opt-in' bij WiFi-tracking

Deze week werd bekend dat, als het aan de Belgische Privacycommissie ligt, in België voortaan een opt-in i.p.v. opt-out geldt bij WiFi-tracking in winkels en andere openbare gelegenheden. Om aan de hand van WiFi-signalen van mobiele telefoons getraceerd te kunnen worden door bedrijven zullen mensen in België dus vooraf geïnformeerd moeten worden en toestemming moeten geven. Dit i.p.v. toestemming of bezwaar achteraf (opt-out) zoals die momenteel in Nederland lijkt te gelden en gedoogd lijkt te worden door het Nederlandse College Bescherming Persoonsgegevens (CBP). België gaat hiermee dus een stap verder dan Nederland, en dat is goed nieuws. Nieuws dat in Nederland navolging verdient. Hieronder een korte eerste reactie van Privacy First op BNR Nieuwsradio:


Klik HIER voor een eerdere discussie met Privacy First over dit onderwerp op Radio 1.

Gepubliceerd in Online Privacy

Vandaag werd bekend dat, als het aan de Belgische Privacycommissie ligt, in België voortaan een opt-in i.p.v. opt-out geldt bij WiFi-tracking in winkels en andere openbare gelegenheden. Om aan de hand van WiFi-signalen van mobiele telefoons getraceerd te kunnen worden door bedrijven zullen mensen in België dus vooraf geïnformeerd moeten worden en toestemming moeten geven. Dit i.p.v. toestemming of bezwaar achteraf (opt-out) zoals die momenteel in Nederland lijkt te gelden en gedoogd lijkt te worden door het Nederlandse College Bescherming Persoonsgegevens (CBP). België gaat hiermee dus een stap verder dan Nederland, en dat is goed nieuws. Nieuws dat in Nederland navolging verdient. Hieronder een korte eerste reactie van Privacy First op BNR Nieuwsradio:



Bron: http://www.bnr.nl/?service=player&type=archief&fragment=2015073017205560.
Klik HIER voor een eerdere discussie met Privacy First over dit onderwerp op Radio 1.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

Enkele fragmenten uit een artikel door TNO-wetenschapper David Langley in het FD van zaterdag 25 juli 2015:

"Met draadloos verbonden dingen — het 'internet of things'— valt geld te verdienen. Vermijd de valkuil om voor één productvariant te kiezen en smeed allianties buiten de eigen sector. En let op: wetgeving voor privacybescherming biedt kansen.

Wereldwijd zijn technologieontwikkelaars hard bezig met het 'internet of things', waar fysieke objecten als auto's, kleren en zelfs koeien met internet worden verbonden. Ook veel Nederlandse ondernemers hebben het gevoel dat ze de innovatiekansen met beide handen moeten aanpakken. De vraag is alleen: hoe?

(...)

Naast deze zakelijke overwegingen ontstaan er door het internet of things nieuwe maatschappelijke vraagstukken waarmee ondernemers rekening moeten houden. Een daarvan is wetgeving rond het gebruik van de gigantische en almaar uitdijende hoeveelheid data die wordt geproduceerd. In een opmerkelijke rechtszaak, die grote invloed kan hebben, stapte Bas Filippini van het Nederlandse Privacy First naar het Europese Hof voor de Rechten van de Mens om in het geweer te komen tegen privacyschending door een voorloper van het internet of things: de trajectcontroles op snelwegen. Omdat de snelheid van alle automobilisten continu wordt gevolgd, belandt, aldus Filippini, 'iedere automobilist [...] nu in een politiedatabank als potentiële verdachte en Joost mag weten hoe die data gebruikt worden.' Dit is strijdig met het hard bevochten principe van onze democratische rechtsstaat: er mag pas privacyinbreuk worden gemaakt als er een concrete aanwijzing van een strafbaar feit is. Het is een opmerkelijke zaak omdat binnenkort niet alleen ons rijgedrag, maar, door het internet of things, al ons fysiek gedrag door vele organisaties in binnen- en buitenland op de voet zal worden gevolgd, nog veel meer dan nu al, via onze mobiele telefoons, het geval is.

'Privacy is ouderwets'

Sommigen, zoals de futuroloog Jeremy Rifkin, beweren dat privacy een ouderwets idee is, een eigenaardigheid van het industriële tijdperk. Maar toch vinden veel mensen het geen prettig idee wanneer organisaties en onbekenden vrijwel onbeperkt inzage hebben in hun levens.

Er komt nieuwe EU-wetgeving, de Algemene Verordening Gegevensbescherming, die de privacywetgeving bijwerkt naar de kenmerken van digitale technologieën. De toegestane verwerking van gegevens via het internet of things kan daardoor drastisch beperkt worden. Verwerking mag in veel gevallen alleen met toestemming van de burger. Wat blijft er van het internet of things over wanneer burgers deze toestemming massaal weigeren?

Dit probleem biedt ook een innovatiekans voor Nederland. We kunnen met ideeën komen voor toepassingen waarin de bescherming van onze data in het ontwerp ingebouwd is. Waar ieder individu zelf kiest waarvoor zijn of haar data gebruikt worden op basis van de voordelen die de persoon zelf ziet. Dit past niet in het Facebook- en Googlemodel van vrije commerciële toegang tot persoonlijke data, maar het kan wel de toekomst van het internet of things worden.

(...) Zo kan Nederland een voorloper worden, in plaats van dat andere landen ons achter zich laten."

Bron: Financieel Dagblad 25 juli 2015, rubriek Anders denken, p. 5. Het volledige artikel is gratis online beschikbaar op http://fd.nl/fd-outlook/1112133/nieuwste-technologiestap-vraagt-om-aanvalsplan.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

"Wanneer een politieagent je daarom vraagt, moet je jezelf in Nederland kunnen identificeren door een geldig identiteitsbewijs te laten zien. Ook de kassière bij de supermarkt kan je daarom vragen, maar alleen wanneer je alcohol wilt kopen en er twijfel is over je leeftijd. Met je identiteitsbewijs toon je dan hoe oud je bent en even later loop je tevreden de winkel uit.

Online ontbreekt zo'n middel om jezelf te identificeren en vooral bedrijven vinden dat lastig. Want met wie doen ze eigenlijk zaken? In Nederland hebben we wel DigiD, maar dat wordt eigenlijk alleen gebruikt door de overheid. Bij DigiD kies je zelf een gebruikersnaam en wachtwoord, dat bij de registratie wordt gekoppeld aan jouw burgerservicenummer: het unieke nummer van iedere persoon in de Basisregistratie Personen (BRP). Log je verolgens met je DigiD in op een website van de overheid, dan weet die overheid met wie het op dat moment zaken doet. In 2014 logden de 12 miljoen uitgegeven DigiD's samen 158 miljoen keer in.

DigiD is hiermee voor de overheid een succes, maar alle andere organisaties en bedrijven staan met lege handen. Webshops willen graag weten of hun klant wel de persoon is die hij zegt te zijn, of hij oud genoeg is, en kredietwaardig. Volgens branchevereniging Thuiswinkel.org hebben de ruim 45.000 Nederlandse webwinkels daarom momenteel maar één grote vraag: waar blijft eID? eID Stelsel is de naam voor de opvolger van DigiD, die de Nederlandse overheid nu aan het ontwikkelen is. eID moet alle benodigde manieren van online identificatie tussen burgers, overheid én bedrijven mogelijk maken.

(...)

In het programma eID (www.eid-stelsel.nl) werkt de overheid samen met wetenschappers en bedrijfsleven aan het nieuwe stelsel dat in 2017 klaar moet zijn. (...) Binnenkort starten enkele pilots, waarbij een klein groepje consumenten inlogt bij overheidsdiensten en commerciële diensten met een identificatiemiddel dat voldoet aan het nieuwe stelsel. Het voordeel van dit nieuwe stelsel is dat het identificatiemiddel niet door de overheid uitgegeven hoeft te zijn; bedrijven kunnen ook identificatiemiddelen uitgeven, bijvoorbeeld een klantenkaart of een app op je smartphone. De identiteit van de burger staat daarom online en is op afroep beschikbaar. Een naam voor het nieuwe stelsel is er ook al, Idensys. (...)

Om vaart te maken en omdat bedrijven niet willen investeren in weer een nieuw identificatiesysteem, is besloten het nieuwe stelsel te bouwen als uitbreiding op eHerkenning (www.eherkenning.nl). eHerkenning is 'de DigiD voor bedrijven', maar is anders dan DigiD geen overheidsdienst maar alleen een afsprakenstelsel. De overheid beheert het stelsel, voornamelijk bedrijven voeren het uit.

Hoewel websites straks gewoon een Idensys-login krijgen zoals ze nu een DigiD-knop hebben, werkt het verder helemaal anders dan DigiD én eID ooit was gedacht te werken. Komt bij DigiD de identificatie van de overheid, bij eHerkenning en dadelijk dus ook bij Idensys komt die van een makelaar, een tussenpartij. Deze 'ídentity provider' kent jou en met hem heb je afgesproken hoe jij je wilt identificeren, met een smartcard, je smartphone of toch gewoon gebruikersnaam en wachtwoord. Klopt de identificatie, dan krijgt die makelaar een pseudoniem voor jou en daarmee kan hij vervolgens kijken of jij gemachtigd bent de dienst te gebruiken waarvoor je wilt inloggen. Dat kijken doet hij in het BSN-koppelregister waarin de pseudoniemen gekoppeld zijn aan de Burgerservicenummers. De makelaar is dus allesbepalend inzake de veiligheid en het BSN-koppelregister als het gaat om privacy.

Om Idensys te baseren op eHerkenning is niet onomstreden. Een 'netwerkgebaseerd identiteitsmodel' zoals Idensys kenmerkt zich door veel schakels die allemaal vertrouwd moeten worden. De meest verdachte schakel is de makelaar, een marktpartij en de enige die alle transacties ziet. Weliswaar ziet hij niet wat er in de transactie gebeurt, maar hij weet wel met welke diensten iedere 'pseudoniem' zaken doet. (...) Ook ontbreekt [vooralsnog] de optie om anoniem diensten te gebruiken, iets wat bijvoorbeeld bij online medische diensten zeker wenselijk is. (...)

Waar blijft het debat?

Door de keuzes die bij Idensys worden gemaakt, zou je een publiek debat verwachten, maar dat ontbreekt volledig. Het College Bescherming Persoonsgegevens ontbreekt in de eID-werkgroepen en kon ons niet vertellen bij eID betrokken te zijn. "Ook Privacy First is niet betrokken en ook nog nooit gevraagd", zegt Vincent Böhre van Privacy First. "Blijkbaar wil men eerst een heel project afronden. Terwijl men nu door een privacy-kritische club te laten meepraten, fouten voorkomt en uiteindelijk maatschappelijk draagvlak creëert." Privacy First is voorstander van een opt-in waarbij mensen de keuze houden om het eID-systeem te gebruiken of niet. "De overheid mag niet eisen dat burgers hun zaken digitaal afhandelen en dat via een eID doen, de Algemene wet bestuursrecht verbiedt dat. Veel mensen in Nederland hebben geen computer of internet, de manier zonder eID moet daarom blijven bestaan", zegt Böhre. (...)"

Bron: Computer!Totaal, juli/augustus 2015, pp. 54-58 (openbare preview).

Gepubliceerd in Privacy First in de media

"De politie wil van alle automobilisten het voertuig 'chippen'. Stichting Privacy First noemt dit een elektronische enkelband.

De stichting Privacy First wil dat de Nationale Politie afziet van 'spionagechips' in kentekens van auto's. De politie wil zogenoemde RFID-chips invoeren, waarmee kentekenfraude kan worden opgespoord.

Volgens de politie worden er jaarlijks 40.000 kentekenplaten vervalst, waardoor de daders ongestoord (verkeers)misdrijven kunnen plegen. Een voor iedere automobilist verplichte, op afstand uitleesbare chip die op de openbare weg continu uitgelezen wordt, zou hiertegen de oplossing zijn.

Privacy First ziet echter een groot gevaar in het optuigen van een landelijk controlesysteem om de bewegingen in de openbare ruimte van alle Nederlanders te kunnen volgen. Wij vinden de verplichte spionagechip disproportioneel en niet passen in een fatsoenlijke democratische rechtsstaat , zegt voorzitter Bas Filippini.

Navraag door Privacy First leert dat de kentekenchip onderdeel is van een veel groter plan om alle wegen in Nederland uit te rusten met portals met meetapparatuur. Deze portals registreren 24 uur per dag alle auto's en daarmee de bewegingen van alle burgers in de openbare ruimte."

Bron: Metro 16 juni 2015, p. 7. Tevens in uitgebreidere vorm (inclusief online opiniepeiling) gepubliceerd op http://www.metronieuws.nl/binnenland/2015/06/spioneren-via-chip-in-kenteken-wekt-woede.

Gepubliceerd in Privacy First in de media
Pagina 11 van 12
© 2024 All Rights Reserved. Carefully crafted by WarpTheme

Onze Partners

logo Voys Privacyfirst
logo greenhost
logo platfrm
logo AKBA
logo boekx
logo brandeis
banner ned 1024px1
Deelnemer Privacycoalitie
Control Privacy
Pro Bono Connect logo 100