Toon items op tag: Paspoortproces

Opslag vingerafdrukken in strijd met recht op privacy

In navolging van het Hof Den Haag heeft de Raad van State vandaag geoordeeld dat de gemeentelijke ("decentrale") opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet onrechtmatig is wegens strijd met het recht op privacy. De Raad van State kwam tot dit oordeel in een zevental bestuursrechtelijke zaken van individuele burgers (gesteund door Burgerrechtenvereniging Vrijbit). Begin 2014 kwam het Hof Den Haag reeds tot een vergelijkbaar oordeel in het civielrechtelijke Paspoortproces van Stichting Privacy First en 19 (andere) burgers. Vervolgens werd ons Paspoortproces door de Hoge Raad echter alsnog niet-ontvankelijk verklaard en naar de bestuursrechter verwezen. Privacy First heeft vervolgens het complete civielrechtelijke procesdossier bij de Raad van State ingediend ter versterking van de daar lopende paspoortzaken. Als hoogste bestuursrechter oordeelt de Raad van State nu op soortgelijke wijze als eerder het Hof Den Haag. Ondanks de latere niet-ontvankelijkheid bij de Hoge Raad staat het verbod op de opslag van ieders vingerafdrukken in databanken daarmee opnieuw als een paal boven water.

Gebrekkig oordeel en procesgang

Evenals bij de eerdere uitspraak van het Hof Den Haag betreurt Privacy First het echter dat de Raad van State de opslag niet onrechtmatig heeft willen verklaren op zuiver principiële gronden (namelijk wegens gebrek aan maatschappelijke noodzaak, proportionaliteit en subsidiariteit), maar 'slechts' op basis van technische ondeugdelijkheid. Privacy First zal de betreffende burgers dan ook adviseren om door te procederen richting het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in Straatsburg. Op basis van bestaande Straatsburgse jurisprudentie is de kans immers groot dat Nederland vervolgens alsnog principieel zal worden veroordeeld wegens schending van het recht op privacy (art. 8 EVRM). Daarnaast verwacht Privacy First een Straatsburgse veroordeling wegens schending van het recht op toegang tot de rechter en een effectief rechtsmiddel (art. 6 en 13 EVRM). Civielrechtelijk procederen tegen de Paspoortwet bleek immers onmogelijk, en bestuursrechtelijk was dit slechts indirect mogelijk na afwijzing van een individuele aanvraag voor een nieuw paspoort of identiteitskaart (wegens weigering om vingerafdrukken te laten afnemen). Om de huidige "overwinning" bij de Raad van State te kunnen behalen hebben de betreffende burgers daardoor jarenlang zonder paspoort of identiteitskaart door het leven moeten gaan, met alle problemen en risico's van dien.

Uitzondering voor gewetensbezwaarden

De Raad van State heeft vandaag tevens bepaald dat de verplichte afname van twee vingerafdrukken voor een nieuw paspoort voor iedereen gelijkelijk geldt en dat hierop geen uitzonderingen kunnen worden gemaakt voor mensen die wegens gewetensbezwaren geen vingerafdrukken willen afstaan. Privacy First betwijfelt of dit oordeel van de Raad van State stand zal houden in Straatsburg. Naast schending van het recht op privacy lijkt hier immers ook sprake van strijd met de vrijheid van geweten (art. 9 EVRM). Dat de Europese Paspoortverordening een dergelijke uitzondering niet bevat is in dit kader irrelevant, aangezien deze verordening ondergeschikt is aan het EVRM.

RFID-chips en gezichtsscans

Privacy First betreurt het dat de Raad van State niet kritisch heeft willen oordelen over de risico's van de op-afstand-uitleesbare RFID-chips (met gevoelige persoonsgegevens) in paspoorten en identiteitskaarten. Hetzelfde geldt voor de verplichte opslag van gezichtsscans in gemeentelijke databanken. Ook deze aspecten zullen in Straatsburg alsnog kunnen worden aangevochten.

Eigen verantwoordelijkheid van gemeenten

Lichtpuntje in het oordeel van de Raad van de State over identiteitskaarten is vooral dat gemeenten en burgemeesters een eigen verantwoordelijkheid hebben om zelfstandig de mensenrechten (inclusief het recht op privacy) na te leven, ook als dit betekent dat zij daartoe zelfstandig nationale wetgeving buiten toepassing dienen te laten wegens strijd met hoger internationaal of Europees recht: 

"Voor zover de burgemeester betoogt dat voor hem geen mogelijkheid openstaat af te wijken van het in [nationale wetgeving] bepaalde, overweegt de [Raad van State] dat ingevolge artikel 94 van de Grondwet binnen het Koninkrijk geldende wettelijke voorschriften geen toepassing vinden, indien deze toepassing niet verenigbaar is met een ieder verbindende bepalingen van verdragen en van besluiten van volkenrechtelijke organisaties." (Bron, rechtsoverweging 6.)

Dit oordeel van de Raad van State geldt op alle domeinen en kan in de toekomst verstrekkende gevolgen hebben.

Gratis nieuwe identiteitskaart

Uit het oordeel van de Raad van State volgt dat bij de aanvraag van identiteitskaarten sinds 2009 massaal vingerafdrukken zijn afgenomen (en opgeslagen) zonder geldige rechtsbasis. Privacy First adviseert eenieder die over een identiteitskaart met vingerafdrukken beschikt dan ook om deze (desgewenst) bij zijn/haar gemeente in te ruilen voor een gratis nieuw exemplaar zónder vingerafdrukken. Mochten gemeenten deze service niet willen bieden, dan behoudt Privacy First zich het recht voor om daartoe nieuwe juridische stappen te zetten.

 

Klik HIER voor het persbericht van de Raad van State, tevens gepubliceerd op Rechtspraak.nl (met verwijzing naar de volledige uitspraken). Klik HIER voor een eerste reactie van Privacy First bij RTL Nieuws. Zie tevens het nieuwsbericht van NRC Handelsblad.

Gepubliceerd in Rechtszaken

Al jaren voeren talloze Nederlandse burgers een verwoede strijd tegen de verplichte afname en opslag van hun vingerafdrukken onder de Paspoortwet. Sinds 2009 is de afname van vingerafdrukken voor een nieuw paspoort verplicht. Volgens de Nederlandse regering dienen deze vingerafdrukken ter bestrijding van look-alike fraude met paspoorten. Harde cijfers over dit type fraude zijn door de Nederlandse overheid echter nooit bekendgemaakt. Uit Wob-verzoeken van Privacy First is de laatste jaren gebleken dat het slechts gaat om een relatief gering fenomeen: hooguit enkele tientallen gevallen per jaar. Vandaag voegt Privacy First hier nieuwe cijfers over look-alike fraude aan toe: in Nederland betrof dit in 2014 slechts 7 paspoorten en 3 ID-kaarten. Deze cijfers staan in het Statistisch Jaaroverzicht Documentfraude 2014 van de Koninklijke Marechaussee (pp. 38-39). Klik HIER om de hele rapportage te downloaden (pdf, 54 pp, 10 MB).

Gebrek aan noodzaak en proportionaliteit

De afname van de vingerafdrukken van de hele Nederlandse bevolking ter bestrijding van een handjevol look-alikes kan onmogelijk “maatschappelijk noodzakelijk” en “proportioneel” worden geacht. Die noodzaak en proportionaliteit zijn echter wel vereist onder het Europese privacyrecht (art. 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens). De afname van ieders vingerafdrukken onder de Paspoortwet is hiermee onrechtmatig en had nooit ingevoerd mogen worden.

Zwijgende rechters

Tot nu toe heeft geen enkele Nederlandse of Europese rechter hier een kritisch, principieel oordeel over willen vellen. Op donderdag 26 november en donderdag 3 december as. vinden bij de Raad van State een zevental rechtszittingen plaats waarbij deze en andere kwesties rond de Paspoortwet (waaronder de RFID-chip in paspoorten en ID-kaarten, gewetensbezwaren en de opslag van vingerafdrukken en gezichtsscans) opnieuw uitgebreid aan de orde zullen komen. Sinds mei 2010 voerde Privacy First samen met 19 mede-eisers (burgers) reeds een uitputtende civielrechtelijke strijd tegen de eerdere centrale en decentrale (gemeentelijke) opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet. In mei dit jaar verklaarde de Hoge Raad dit civiele Paspoortproces echter (onterecht) niet-ontvankelijk en verwees daarbij naar de parallelle, deels vergelijkbare bestuursrechtelijke zaken bij de hoogste bestuursrechter: de Raad van State. Het is nu dus aan de Raad van State om alsnog een kritisch oordeel over (onder meer) de afname en opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet te vellen. Zo niet, dan resteert voor de betreffende burgers een kansrijke rechtsgang naar het Europese Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg.

Gebrek aan rechtsbescherming

Schrijnend aspect aan de huidige zaken bij de Raad van State is dat de betreffende burgers reeds jarenlang zonder geldig paspoort door het leven gaan. Er kon door hen immers slechts bestuursrechtelijk geprocedeerd worden na afwijzing van hun paspoortaanvraag wegens hun weigering om vingerafdrukken af te staan. Mede om deze reden koos Privacy First er in 2010 voor om civielrechtelijk i.p.v. bestuursrechtelijk te procederen. De Hoge Raad bleek hier echter totaal ongevoelig voor. Nederlanders die geen vingerafdrukken voor een paspoort willen afstaan worden daardoor gedwongen tot een gekunstelde bestuursrechtelijke rechtsgang, met alle maatschappelijke nadelen en risico’s van dien. Privacy First verwacht dat deze situatie bij het Europese Hof in Straatsburg zal leiden tot een veroordeling van Nederland wegens gebrek aan toegang tot de rechter en ineffectieve rechtsmiddelen (art. 6 en 13 EVRM). Het draait in deze zaken dus allang niet meer louter om het recht op privacy, maar tevens om de effectieve rechtsbescherming van de Nederlandse bevolking tegen onrechtmatige wetgeving zoals de Paspoortwet.

Privacy First hoopt dat de Raad van State spoedig een kritisch oordeel zal vellen. Zo niet, dan zal Privacy First de betreffende burgers graag assisteren bij hun verdere rechtsgang richting Straatsburg.

Burgerrechtenvereniging Vrijbit was de laatste jaren actief betrokken bij de bestuursrechtelijke zaken die nu bij de Raad van State dienen. Voor nadere informatie terzake verwijst Privacy First u dan ook graag door naar Vrijbit.

Gepubliceerd in Biometrie

Sinds 2010 voerde Privacy First een megazaak tegen één van de zwaarste privacyschendingen in de Nederlandse geschiedenis: de centrale opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet. In deze zaak werd Privacy First echter achtereenvolgens niet-ontvankelijk verklaard, ontvankelijk verklaard én in het gelijk gesteld, maar tenslotte alsnog niet-ontvankelijk verklaard. Hoe kon dit gebeuren? En wat betekent dit voor de rechtsbescherming in Nederland?

Civiele rechter

Sinds mei 2010 voerde Stichting Privacy First samen met 19 mede-eisers (burgers) een grootschalige rechtszaak tegen de centrale opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet (Paspoortproces). Dit was een civielrechtelijke zaak. Individuele burgers konden voor deze kwestie immers niet bij de bestuursrechter terecht. Burgers konden namelijk slechts bij de bestuursrechter terecht als zij daartoe eerst een individueel besluit zouden uitlokken: een bestuurlijke weigering om een paspoort (of ID-kaart) te verstrekken na een individuele weigering om vingerafdrukken te laten afnemen. Men kon dus slechts bestuursrechtelijk procederen als men bereid was om jarenlang zonder paspoort (of ID-kaart) door het leven te gaan. De bepaling in de Paspoortwet over centrale opslag van vingerafdrukken (art. 4b) was (en is) bovendien nog niet in werking getreden. De bestuursrechter was daarom onbevoegd om deze bepaling te toetsen. Rechtstreeks beroep tegen wetgeving is in het Nederlandse bestuursrecht (in tegenstelling tot andere landen) bovendien onmogelijk. De bestuursrechter kon art. 4b Paspoortwet dan ook slechts individueel en indirect ("exceptief") aan hogere privacywetgeving toetsen nadat dit artikel in werking getreden zou zijn, dus pas nadat centrale opslag (en uitwisseling) van ieders vingerafdrukken een fait accompli zou zijn. Om massale privacyschending te voorkomen resteerde voor Privacy First c.s. dus slechts de civiele rechter als enige bevoegde rechter. Sinds jaar en dag is de civiele rechter immers bij uitstek de rechter waar nationale wetgeving rechtstreeks aan hogere (privacy)wetgeving kan worden getoetst, zelfs als die nationale wetgeving nog niet in werking getreden is maar wel een dreigende privacyschending inhoudt.

Sterke zaak

Privacy First kon (als relevante stichting) deze zaak civielrechtelijk voeren in het algemeen belang, namens iedere Nederlander. Sinds begin jaren 90 kan dit middels een speciale procedure in het Burgerlijk Wetboek: de zogeheten 'algemeen-belangactie' onder art. 3:305a BW. Ook de Hoge Raad leek hiertoe alle seinen op groen te hebben gezet, althans tot de dagvaarding van de Staat door Privacy First c.s. in mei 2010. In juli 2010 doorbrak de Hoge Raad echter zijn eerdere jurisprudentie door te verklaren dat belangenorganisaties nog slechts bij de civiele rechter terecht zouden kunnen als voor individuele burgers geen bestuursrechtelijke rechtsgang openstond. Voor de kwestie in ons Paspoortproces konden burgers nu echter juist niet bij de bestuursrechter terecht. Dus hadden Privacy First c.s. nog steeds een sterke zaak. Bovendien leken de nieuwe ontvankelijkheidscriteria van de Hoge Raad niet van toepassing op algemeen-belangacties, maar slechts op zogeheten 'groepsacties' (namens een bepaalde groep mensen i.p.v. de hele bevolking).

Onbegrijpelijk oordeel Hoge Raad

In februari 2011 verklaarde de rechtbank Den Haag ons Paspoortproces onterecht niet-ontvankelijk. Vervolgens stelden Privacy First c.s. hoger beroep in. Mede onder druk van dit hoger beroep werd de centrale (en decentrale, gemeentelijke) opslag van vingerafdrukken in de zomer van 2011 (grotendeels) stopgezet en werd de afname van vingerafdrukken voor ID-kaarten in januari 2014 afgeschaft. Een maand later (18 februari 2014) verklaarde het Hof Den Haag Privacy First vervolgens alsnog - in het algemeen belang - ontvankelijk en oordeelde dat centrale opslag van vingerafdrukken in strijd was met het recht op privacy. Minister Plasterk van Binnenlandse Zaken reageerde not amused en eiste cassatie bij de Hoge Raad. Tegen alle verwachtingen in (Privacy First had immers vrijwel alle wetgeving, wetsgeschiedenis, jurisprudentie én rechtsliteratuur aan haar zijde) verklaarde de Hoge Raad vervolgens op 22 mei jl. zowel Privacy First als de 19 mede-eisers (burgers) niet-ontvankelijk. Volgens de Hoge Raad kunnen deze individuele burgers immers bij de bestuursrechter terecht en is ook voor Privacy First daardoor de weg naar de civiele rechter afgesloten. Dit terwijl de laatste jaren nu juist was gebleken dat onze mede-eisers niet bij de bestuursrechter terecht konden, althans niet ter toetsing van art. 4b Paspoortwet (centrale opslag van vingerafdrukken). In talloze bestuursrechtelijke zaken verklaarden de bestuursrechters van diverse rechtbanken zich daartoe de laatste jaren onbevoegd. Voor Privacy First als belanghebbende organisatie stond de weg naar de bestuursrechter daardoor evenmin open. Dat de Hoge Raad nu oordeelt alsof dit niet zo is, is simpelweg onbegrijpelijk. Van procederende burgers kan bovendien niet gevergd worden dat zij jarenlang zonder paspoort door het leven gaan. Evenmin kan van burgers gevergd worden dat zij eerst hun privacy laten schenden (vingerafdrukken afstaan en zelfs laten opslaan) voordat zij dit kunnen laten toetsen. Dat de Hoge Raad dit wel lijkt te vereisen is niet alleen onbegrijpelijk (en in strijd met eerdere jurisprudentie van de Hoge Raad zelf), maar ook ronduit verwerpelijk.

Gat in de rechtsbescherming

Het oordeel van de Hoge Raad creëert een juridisch vacuüm: ter toetsing van massale, dreigende privacyschending (zoals centrale opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet) kunnen burgers en organisaties hierdoor wellicht noch bij de civiele rechter, noch bij de bestuursrechter terecht. Dit slaat een groot gat in de Nederlandse rechtsbescherming zoals die de laatste decennia gold. De Hoge Raad schuift de zaak weliswaar door naar de hoogste bestuursrechter (Raad van State), maar het is hoogst onzeker of de Raad van State centrale opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet alsnog zal kunnen en willen toetsen. De Hoge Raad had het oordeel van de Raad van State in een viertal actuele, parallelle bestuursrechtelijke zaken rond de Paspoortwet dan ook eerst dienen af te wachten alvorens uitspraak te doen in het Paspoortproces van Privacy First. Door dit niet te doen is de Hoge Raad geheel voorbarig op de stoel van de Raad van State gaan zitten, zet het de Raad van State onder zware druk en neemt de Hoge Raad een enorm risico. Mocht de Raad van State binnenkort immers anders oordelen dan de Hoge Raad (namelijk dat de Raad van State terzake onbevoegd is), dan slaat de Hoge Raad hiermee een gigantische flater én creëren de Hoge Raad en Raad van State gezamenlijk een enorm gat in de Nederlandse rechtsbescherming in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).

Indiening procesdossier Privacy First bij Raad van State

Privacy First is de laatste jaren reeds inhoudelijk betrokken geweest bij de bestuursrechtelijke zaken tegen de Paspoortwet die nu bij de Raad van State dienen. Naar aanleiding van de uitspraak van de Hoge Raad zal Privacy First bovendien het gehele Paspoortproces-dossier integraal (door de advocaat in één van deze zaken) laten indienen bij de Raad van State. Dit ter versterking van de argumenten van de betreffende burger tegen centrale opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet. Blijkens de uitspraak van de Hoge Raad is het nu immers aan de Raad van State om hierover alsnog een oordeel te vellen. 
 
Meervoudige schending EVRM

Privacy First c.s. wachten het oordeel van de Raad van State met spanning af. Tegelijkertijd overweegt Privacy First alvast zelf een klacht in te dienen bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg wegens schending van art. 8 EVRM (recht op privacy) én art. 6 en 13 EVRM (recht op toegang tot de rechter en een effectief rechtsmiddel). Ondanks de kafkaëske anticlimax bij de Hoge Raad (en afhankelijk van het uiteindelijke oordeel van de Raad van State) ligt daarmee wellicht een Europese veroordeling van Nederland in het verschiet.

Oproep

Ons Paspoortproces heeft Privacy First de laatste jaren enorm veel geld gekost: minstens EUR 100.000 (!) aan advocaatkosten, geheel betaald uit donaties aan Privacy First. Dit drukt al jarenlang verschrikkelijk zwaar op de beperkte middelen die een kleine stichting als Privacy First tot haar beschikking heeft. Hier bovenop heeft de Hoge Raad Privacy First ook nog eens veroordeeld tot betaling van EUR 5.088 aan proceskosten. Hierbij doet Privacy First dan ook nogmaals een dringend beroep op uw financiële steun. Stort uw financiële bijdrage op IBAN: NL95ABNA0495527521 t.n.v. Stichting Privacy First te Amsterdam o.v.v. "Paspoortproces" of maak uw donatie rechtstreeks over via onze donatiemodule. Bij voorbaat dank voor uw hulp!

Lees HIER de hele uitspraak. Ons hele procesdossier staat HIER online.

Update 15 oktober 2015: eind mei dit jaar heeft de advocaat van Louise van Luijk het volledige civiele procesdossier van Privacy First c.s. ingediend bij de bestuursrechters van de Raad van State. Dit ter versterking van de argumenten van Louise tegen de afname en opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet. Louise is één van de Nederlandse burgers die hier al jarenlang bestuursrechtelijk tegen procederen en gedurende die periode (om processuele redenen) zonder paspoort door het leven moeten gaan. Klik HIER voor een eerdere reportage over Louise in het tv-programma VARA Ombudsman uit maart 2011 (vanaf 21m11s). Deze week heeft Privacy First (op advies van Stibbe Advocaten) bovendien een zelfstandig verzoek tot voeging in de zaak van Louise bij de Raad van State ingediend; klik HIER voor het hele document (pdf). Privacy First hoopt dat de Raad van State dit verzoek spoedig zal inwilligen; dit mede in het belang van de ontvankelijkheid van belangenorganisaties in dit type rechtszaken. De rechtszitting in de zaak van Louise zal op donderdag 3 december as. bij de Raad van State plaatsvinden.

Update 4 november 2015: de Raad van State heeft het verzoek tot voeging van Privacy First vrijwel direct en nauwelijks beargumenteerd afgewezen; klik HIER (pdf). Hierop heeft Privacy First een klacht en verzoek tot heroverweging ingediend bij de voorzitter van de afdeling bestuursrechtspraak; klik HIER (pdf). Vervolgens heeft de Raad van State dit opnieuw afgewezen met als argument dat "niet valt in te zien om welke reden Privacy First zich niet eerder al, naast het voeren van de civielrechtelijke procedure, tot de bestuursrechter had kunnen wenden teneinde deel te nemen aan de bestuursrechtelijke procedure"; klik HIER (pdf). Privacy First interpreteert dit aldus dat Privacy First in een eerder stadium bestuursrechtelijk ontvankelijk zou zijn geweest en zal daar in toekomstige rechtszaken haar voordeel mee doen. Ook had Privacy First volgens de Raad van State blijkbaar tegelijkertijd civielrechtelijk én bestuursrechtelijk kunnen procederen. Voorzover Privacy First bekend is vormt dit een breuk met de heersende rechtsleer dat niet tegelijkertijd door dezelfde partij over dezelfde kwestie bij twee verschillende rechters kan worden geprocedeerd. (Om deze reden hadden Privacy First c.s. er sinds 2010 voor gekozen om louter civielrechtelijk te procederen.) Ook met deze kennis c.q. trendbreuk zal Privacy First in nieuwe rechtszaken haar voordeel doen. Het bevreemdt Privacy First echter dat de Raad van State het in deze zaak reeds te laat acht voor onze voeging. Art. 8:26 Awb bepaalt immers letterlijk dat "de bestuursrechter tot de sluiting van het onderzoek ter zitting ambtshalve, op verzoek van een partij of op hun eigen verzoek, belanghebbenden in de gelegenheid kan stellen als partij aan het geding deel te nemen", oftewel zelfs tot de sluiting van de zitting op 3 december as. Blijkbaar had de Raad van State er simpelweg geen zin in. Privacy First ziet desondanks het oordeel van de Raad van State over de eerdere (de)centrale opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet met vertrouwen tegemoet. Bij gebreke van een kritisch oordeel terzake staat voor de bestuursrechtelijk procederende burgers (onder wie Louise van Luijk) bovendien een uiterst kansrijke weg open naar het Europese Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg, zowel i.v.m. het recht op toegang tot de rechter en een effectief rechtsmiddel (art. 6 en 13 EVRM) als het recht op privacy (art. 8 EVRM).

Gepubliceerd in Rechtszaken
vrijdag, 22 mei 2015 20:49

Paspoortproces: anticlimax bij Hoge Raad

Vandaag heeft de Hoge Raad een uiterst teleurstellende uitspraak in ons Paspoortproces gedaan door de hele zaak rücksichtslos niet-ontvankelijk te verklaren; zie http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:HR:2015:1296. Bij Privacy First overheerst momenteel verslagenheid; nader commentaar volgt medio volgende week. Privacy First c.s. zullen zich nu gaan bezinnen op mogelijke stappen richting het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, zowel wegens privacyschending (art. 8 EVRM) als wegens gebrek aan toegang tot de rechter en een effectief rechtsmiddel (art. 6 en 13 EVRM). De Hoge Raad schuift de hete brij immers door naar de bestuursrechter, terwijl de bestuursrechter de laatste jaren juist onbevoegd bleek om te oordelen over centrale opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet en individuele burgers alleen bij de bestuursrechter terecht kunnen als zij bereid zijn om jarenlang zonder paspoort door het leven te gaan.

Kafka in het kwadraat dus.

Wordt vervolgd.

Update 28 mei 2015: Lees HIER ons nader commentaar.

Gepubliceerd in Biometrie

Vandaag heeft het Europees Hof van Justitie (EU Hof) in Luxemburg een langverwachte uitspraak gedaan in een viertal Nederlandse zaken over de opslag van vingerafdrukken onder de Nederlandse Paspoortwet. Het EU Hof deed dit op verzoek van de Nederlandse Raad van State. Het EU Hof oordeelt dat de opslag van vingerafdrukken in databanken buiten de werking van de Europese Paspoortverordening valt. Het Hof laat de rechterlijke toetsing van dergelijke opslag daarmee over aan nationale rechters en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.

Aanleiding voor de uitspraak

In de vier Nederlandse zaken hadden burgers geweigerd om hun vingerafdrukken (en gezichtsscans) af te staan bij de aanvraag van een nieuw paspoort of identiteitskaart. Om deze reden werd hen een nieuw paspoort of identiteitskaart geweigerd. Hun daaropvolgende rechtszaken hierover belandden in 2012 bij de Raad van State, dat vervolgens besloot om het EU Hof om verduidelijking van relevante Europese wetgeving (Europese Paspoortverordening) te vragen alvorens zelf uitspraak in de zaken te doen. Het EU Hof oordeelde vervolgens in een vergelijkbare Duitse zaak in 2013 (zaak Schwarz) dat de verplichting om vingerafdrukken af te staan onder de Paspoortverordening niet onrechtmatig was. Van grondige toetsing door het EU Hof aan de privacyrechtelijke vereisten van noodzaak en proportionaliteit was in deze Duitse zaak echter geen sprake. Bovendien weigerde het EU Hof om de Nederlandse (grondiger beargumenteerde) zaken met de Duitse zaak samen te voegen, hoewel de Raad van State hier wel nadrukkelijk om had verzocht. De uitspraak van het EU Hof in de Duitse zaak stelde vervolgens de Raad van State (en 300 miljoen Europese burgers) voor een teleurstellend fait accompli. Tijdens de rechtszitting eind 2014 in de Nederlandse zaken bij het EU Hof bleken nieuwe argumenten en nieuw feitenmateriaal aan dovemansoren gericht: het EU Hof wenste niet op de Duitse zaak terug te komen en bleek ongeïnteresseerd in het inmiddels gebleken gebrek aan noodzaak en proportionaliteit van vingerafdruk-afname (lage paspoort-fraudestatistieken) en de enorme foutenpercentages bij biometrische vingerafdruk-verificatie (25-30%). In die zin verbaast de huidige uitspraak van het EU Hof Stichting Privacy First helaas niet.

Lichtpuntje: ID-kaart zonder vingerafdrukken

Enig lichtpuntje in de uitspraak van het EU Hof is de bevestiging dat nationale identiteitskaarten niet onder de werking van de Europese Paspoortverordening vallen. De Nederlandse Staat lijkt reeds op dit oordeel van het Hof geanticipeerd te hebben door de afname van vingerafdrukken voor identiteitskaarten per 20 januari 2014 afgeschaft te hebben. In die zin brengt de uitspraak van het EU Hof geen verandering in de huidige situatie, maar bevestigt wel dat de invoering van een "vingerafdrukvrije" ID-kaart begin 2014 een juiste keuze van de Nederlandse regering was. De meeste andere Europese lidstaten hebben overigens nooit identiteitskaarten met vingerafdrukken gekend; onder de Europese Paspoortverordening gold verplichte afname van vingerafdrukken immers slechts voor paspoorten. Dat Nederland in de periode 2009-2014 verder wenste te gaan dan de rest van Europa was dan ook voor eigen risico van Nederland zelf.

EU Hof laat oordeel over databank-opslag over aan nationale rechters en Europees Hof voor de Rechten van de Mens

Het EU Hof in Luxemburg oordeelt dat eventuele opslag en gebruik van vingerafdrukken in databanken niet onder de werking van de Europese Paspoortverordening valt en laat de toetsing van dergelijke opslag over aan nationale rechters en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg. In de diverse (meer dan een dozijn) individuele zaken die tot nu toe in Nederland tegen de Paspoortwet aanhangig zijn gemaakt heeft de bestuursrechter tot nu toe echter geoordeeld dat dergelijke toetsing buiten zijn bevoegdheid valt, aangezien de betreffende bepalingen van de Paspoortwet (nog) niet in werking zijn getreden. Het is nu aan de Raad van State om hierover te oordelen. Tegelijkertijd buigt de Hoge Raad zich momenteel over het collectieve civielrechtelijke Paspoortproces van Privacy First en 19 mede-eisers (burgers) waarin dergelijke toetsing reeds succesvol door het Gerechtshof Den Haag is verricht en nu aan de Hoge Raad voorligt. In februari 2014 oordeelde het Hof Den Haag terecht dat centrale opslag van vingerafdrukken in strijd is met het recht op privacy. In die zin volgt de zaak van Privacy First de lijn van het EU Hof: toetsing van databank-opslag door de nationale rechter, eventueel gevolgd door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Ook de huidige individuele zaken bij de Raad van State zullen binnenkort wellicht bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens worden voortgezet. Privacy First hoopt dat deze complexe wisselwerking tussen verschillende rechters uiteindelijk het gewenste privacyresultaat oplevert: afschaffing van de afname en opslag van vingerafdrukken voor paspoorten!

Lees HIER de volledige uitspraak van het EU Hof.

Update 17 april 2015: helaas leidde de uitspraak van het EU Hof gisteren tot veel misleidende berichtgeving via het ANP (zie bijvoorbeeld HIER bij de Volkskrant). Beter is het commentaar bij SOLV Advocaten, dit Engelstalige commentaar van prof. Steve Peers en onderstaand commentaar door de Telegraaf vandaag:

"Wangedrocht.

Een databank van vingerafdrukken, afgestaan bij het aanvragen van een paspoort, lijkt een stap dichterbij te zijn gekomen. Dat zou kunnen worden afgeleid uit een uitspraak van het Europees Hof van Justitie.

De Raad van State had de rechters in Luxemburg om een oordeel gevraagd in vier zaken van burgers die weigerden hun vingerafdrukken af te staan. Zij kregen geen paspoort en gingen in beroep. In een vergelijkbare Duitse zaak sprak het Hof eerder uit dat een verplichte vingerafdruk niet onrechtmatig is onder de Europese wetgeving.

In de Nederlandse zaak bepaalde het Hof gisteren dat de opslag van vingerafdrukken een bevoegdheid is van de lidstaten. De nationale rechter moet dat dus toetsen. Nederland wilde als enige lidstaat een centraal register van vingerafdrukken; een bestand dat zelfs toegankelijk zou zijn voor de geheime diensten. De Paspoortwet die dit regelt is nog niet in werking getreden en vorig jaar oordeelde het gerechtshof in Den Haag dat een centrale opslag in strijd is met het recht op privacy.

Uit onderzoek blijkt dat zo'n databank tal van risico's met zich meebrengt, variërend van lekken in de beveiliging tot oneigenlijk gebruik en criminele manipulatie. Daarmee staat vast dat dit hele systeem een wangedrocht is dat nooit moet worden ingevoerd."   Bron: Telegraaf 17 april 2015, p. 2.

Gepubliceerd in Biometrie

Fragment uit wekelijkse column van Jantien de Boer:

"Pas op, zei de Britse kosmoloog Stephen Hawking deze week. ,,Computers zullen de mensheid vernietigen.'' Apparaten worden steeds slimmer. ,,De ontwikkeling van kunstmatige intelligentie kan straks het einde van het menselijk ras inluiden.''

Ik probeerde me er een voorstelling van te maken, maar het lukte niet. Of nou ja, laatst nog was ik in alle staten toen ik mijn telefoon aan mijn laptop probeerde te koppelen. Tierend ramde ik op het toetsenbord, de hond met angstig neergeslagen oren aan mijn voeten. Hawking kan dus best gelijk hebben. En ik dacht weer aan hem toen ik deze week een oproep las van de stichting Privacy First. Die club strijdt tegen de centrale opslag van vingerafdrukken, die mogelijk wordt gemaakt door onze nieuwe Paspoortwet.

Onder druk van de politiek is de vingerafdrukbibliotheek met duimen en wijsvingers van doodnormale Nederlanders inmiddels vernietigd, maar Privacy First wil voor alle zekerheid toch een principiële gerechtelijke uitspraak over de kwestie uitlokken. Want de Nederlandse staat probeert via de achterdeur gewoon weer toestemming te krijgen voor het bewaren van Nederlandse vingerpatroontjes.

Ik las het en rende naar boven, naar de paspoortla. Fronsend bekeek ik mijn reisdocument. Ja hoor. Ik had natuurlijk weer braaf een schone vinger op een scan-apparaat gezet. Het moet van Europa, zegt de Nederlandse overheid, maar er moet zoveel. Ik moet ook gezond eten, en tanden stoken, en vaker sporten. Mag die duimafdruk van mijn paspoort af?

(...) We hebben helemaal geen kunstmatige intelligentie nodig om onszelf naar de gallemiezen te helpen. We hebben (...) slimme telefoons, en bewakingscamera's, en paspoorten met vingerafdrukken. Dat komt zo vast ook puik in orde."

Bron: Leeuwarder Courant 13 december 2014, rubriek Sneon en Snein, p. 2.

Gepubliceerd in Privacy First in de media
woensdag, 10 december 2014 09:30

DRINGENDE OPROEP OM DONATIES

 In mei 2010 begon Stichting Privacy First samen met 21 mede-eisers (burgers) een grootschalige rechtszaak tegen de centrale opslag van vingerafdrukken onder de nieuwe Paspoortwet. Deze vingerafdrukken zouden onder meer worden gebruikt voor opsporing en vervolging. Iedere Nederlander werd hierdoor een potentiële verdachte. In februari 2011 verklaarde de rechtbank Den Haag onze zaak echter – volkomen onterecht – niet-ontvankelijk en kwam daardoor niet aan een inhoudelijk oordeel over de Paspoortwet toe. Privacy First kondigde meteen hoger beroep aan. Mede onder druk hiervan gingen vervolgens zowel de Tweede Kamer als het kabinet overstag en werd de opslag van vingerafdrukken in de zomer van 2011 grotendeels stopgezet. Intussen liep het hoger beroep in ons Paspoortproces echter gewoon door; de opslag van vingerafdrukken zou in de toekomst immers alsnog kunnen worden voortgezet. Slechts een principiële rechterlijke uitspraak zou dit kunnen tegenhouden. Ons hoger beroep had succes: begin 2014 oordeelde het Gerechtshof Den Haag dat Privacy First alsnog ontvankelijk was en dat centrale opslag van vingerafdrukken onrechtmatig was wegens schending van het recht op privacy. Dit oordeel is tevens van belang voor alle andere Nederlandse stichtingen en verenigingen die in het algemeen belang willen kunnen procederen tegen onrechtmatige wetgeving. De zwaarbevochten overwinning in ons Paspoortproces heeft Privacy First de laatste jaren echter enorm veel geld gekost: minstens EUR 80.000 aan advocaatkosten, geheel betaald uit donaties aan Privacy First. Dit drukt al jarenlang verschrikkelijk zwaar op de beperkte middelen die een kleine stichting als Privacy First tot haar beschikking heeft. Tegen onze verwachting in (de opslag van vingerafdrukken was immers reeds stopgezet) stelde de Staat in mei 2014 bovendien cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof in bij de Hoge Raad. De Staat wil dat Privacy First alsnog niet-ontvankelijk wordt verklaard en verzoekt de Hoge Raad tevens om de centrale opslag van vingerafdrukken alsnog rechtmatig te verklaren. Dit mag niet gebeuren.

Van alle mensenrechten staat het recht op privacy in Nederland de laatste jaren het meest onder druk. Eén van de grofste Nederlandse privacyschendingen sinds de Tweede Wereldoorlog was de massale opslag van ieders vingerafdrukken onder de nieuwe Paspoortwet. Begin dit jaar gaf het Gerechtshof Den Haag Privacy First hierin gelijk. Dit oordeel dient bij de Hoge Raad overeind te blijven. Daartoe heeft Privacy First dit jaar een cassatie-advocatenkantoor ingeschakeld aan wie deze taak bij uitstek kan worden toevertrouwd: Alt Kam Boer Advocaten in Den Haag. Ter financiering van de gehele cassatieprocedure komt Privacy First momenteel echter nog EUR 10.000 tekort. Vandaag, op de dag dat de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens exact 66 jaar bestaat, doet Privacy First dan ook een dringend beroep op uw financiële steun. Stort uw financiële bijdrage op IBAN: NL95ABNA0495527521 t.n.v. Stichting Privacy First te Amsterdam o.v.v. "Paspoortproces" of maak uw donatie rechtstreeks over via onze donatiemodule. Door de Belastingdienst is Privacy First erkend als Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI). Uw donaties aan Privacy First zijn daarom belastingaftrekbaar.

Privacy First dankt u bij voorbaat voor uw support! Samen kunnen wij deze zaak winnen!!

Meer informatie:
- uitspraak Gerechtshof Den Haag 18 februari 2014
- procesdossier

Update 25 februari 2015: ter financiering van ons verweer in cassatie komt Privacy First nog steeds EUR 5.000 tekort. Privacy First doet hierbij dan ook nogmaals een dringend beroep op uw financiële steun!

Update 28 mei 2015:
in een onbegrijpelijke uitspraak heeft de Hoge Raad Privacy First en alle mede-eisers - tegen alle verwachtingen in - alsnog weer niet-ontvankelijk verklaard. Lees HIER de hele uitspraak en HIER ons commentaar. Tevens veroordeelt de Hoge Raad Privacy First tot betaling van EUR 5.088 aan proceskosten. Hierbij doet Privacy First dan ook andermaal een dringend beroep op uw financiële steun. Bij voorbaat dank voor uw hulp!

Gepubliceerd in Rechtszaken

"De centrale opslag van vingerafdrukken als onderdeel van de Paspoortwet is in strijd met het recht op privacy van burgers. Dat oordeelde het Gerechtshof Den Haag gisteren in een zaak van Privacy First, dat opkomt voor privacybelangen, tegen de Nederlandse regering. In 2009 trad een nieuwe Paspoortwet in werking. Een paspoort moet zijn voorzien van een chip met een gezichtsopname en twee vingerafdrukken. Nederland ging verder en koos vier vingerafdrukken. Zo moest 'lookalikefraude' worden voorkomen: het reizen op een paspoort van iemand op wie je lijkt. Het ministerie van Justitie wilde alle informatie in een centrale database opslaan, waar de AIVD vrij toegang tot zou krijgen. Na kritiek op de grote foutmarge van apparatuur om vingerafdrukken te herkennen en bezwaren over privacy werd het plan in 2011 door toenmalig minister Donner voorlopig afgeblazen. De Tweede Kamer stemde vorig jaar wél in met een centrale opslag van vingerafdrukken van vreemdelingen."

Bron: NRC Next, 19 februari 2014, rubriek Weten.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

"Regering zag er toch af al vanaf, maar zal er na deze uitspraak niet meer op terugkomen.

In een uitspraak vandaag heeft het Hof Den Haag vandaag geoordeeld dat de centrale opslag van vingerafdrukken onder de Paspoortwet onrechtmatig is. In een zogeheten 'algemeen-belangactie' had Privacy First deze rechtsvraag samen met 19 mede-eisers (burgers) aan het Hof voorgelegd. (...)"

Lees HIER het volledige artikel bij Netkwesties.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

"Inbreuk op privacy door centrale opslag niet gerechtvaardigd. Heeft dit gevolgen voor andere databankambities van de overheid?

Privacy First behaalt een klinkende overwinning bij het Hof Den Haag, dat onomwonden oordeelt dat centrale opslag van vingerafdrukken niet door de beugel kan. Veel praktische gevolgen heeft het arrest niet, aangezien de overheid al eerder (onder druk) de centrale opslag in de koelkast had gezet.

De centrale database zou worden gebruikt om vingerafdrukken te matchen in het opsporingsproces, maar dat bleek extreem foutgevoelig. Eerder was er een foutpercentage van maar liefst 21 procent.

Big Data overheid aan banden

"Dit kan niet anders betekenen dan dat de opslag van vingerafdrukken in een centraal register niet geschikt is voor het daarmee aanvankelijk beoogde doel, te weten verificatie en identiteitsvaststelling, en daarmee dus evenmin geschikt voor het voorkomen van identiteitsfraude, hetzij bij het aanvragen van een nieuw reisdocument, hetzij bij het gebruik van het reisdocument, een van de voornaamste doeleinden van de wet," aldus het Hof.

De conclusie: "De inbreuk op de persoonlijke levenssfeer die gevormd wordt door de centrale opslag van vingerafdrukken, is niet gerechtvaardigd."

Ondanks dat de vingerafdrukdatabase dus al langer is geannuleerd, kan het arrest wel invloed hebben op de verzamelwoede van overheden met andere privacygevoelige data, zoals foto's. Christiaan Alberdingk Thijm, advocaat voor Privacy First: "Dit rijdt andere plannen van de overheid met centrale databanken in de wielen."

EU-Hof schoot database ook al af

Afgelopen oktober oordeelde het Europees Hof al dat er geen wettelijke basis is voor de opname van vingerafdrukken (afgenomen voor in het paspoort) in databases. Daarnaast mogen vingerafdrukken die door burgers zijn afgegeven niet worden gebruikt voor onderzoeken van Justitie naar criminaliteit."

Bron: http://webwereld.nl/beveiliging/81384-haags-hof-schiet-database-vingerafdrukken-af, 18 februari 2014.

Gepubliceerd in Privacy First in de media
Pagina 1 van 4
© 2024 All Rights Reserved. Carefully crafted by WarpTheme

Onze Partners

logo Voys Privacyfirst
logo greenhost
logo platfrm
logo AKBA
logo boekx
logo brandeis
banner ned 1024px1
Deelnemer Privacycoalitie
Control Privacy
Pro Bono Connect logo 100