Toon items op tag: Privacy First

"Op Schiphol zijn het afgelopen jaar 1137 valse paspoorten en andere documenten onderschept. Dat is 29 procent meer dan in 2010. Het aantal valse Nederlandse documenten daalde echter tot 118.

De meeste valse papieren kwamen uit Griekenland: meestal Afghanen uit Athene. Verder veel valse paspoorten uit Litouwen, België, Letland en Costa Rica. Voor deze fraudezaken zijn 815 verdachten aangehouden en dat is een stijging met 23 procent. Nigerianen zijn niet meer de meest aangehouden passagiers, maar Afghanen en Iraniërs. De meeste personen probeerden Nederland binnen te komen, maar omdat Schiphol een belangrijke overstapluchthaven is, waren ook veel verdachten op weg naar andere landen. De meest populaire bestemming bleek Toronto (Canada) te zijn.

De verdachten vielen door de mand omdat in de meeste gevallen het paspoort gewoon vals was. Op de tweede plaats komen paspoorten waarbij de pagina met de persoonlijke gegevens is vervangen. Verdachten die met een paspoort van een ander reizen staan op de derde plaats. Deze laatste categorie, de look-alike, daalde wel. Wanneer daarbij alleen wordt gekeken naar Nederlandse paspoorten en identiteitsbewijzen, blijken er negentien look-alikes te zijn gesnapt.

"Dat aantal is de laatste jaren fors gedaald van 46 in 2008 tot nu slechts negentien. Dat afgezet tegen een bevolking van bijna 17 miljoen Nederlanders, is dat zeer kleinschalig. Genoeg reden om de disproportionele maatregel van de invoering van vingerafdrukken in paspoorten en identiteitsbewijzen meteen stop te zetten", vindt Privacy First. Deze organisatie strijdt al jaren tegen de centrale registratie van vingerafdrukken omdat politie en justitie dan wellicht misbruik maken van die gegevens. De organisatie heeft hierover nog een hoger beroep lopen bij het Hof in Den Haag."

Bron: Gooi- en Eemlander, Haarlems Dagblad, IJmuider Courant, Leidsch Dagblad & Noordhollands Dagblad 6 juni 2012.
Primaire bron: persberichten Privacy First 20 maart & 29 mei 2012, Onthullende cijfers over 'look-alike' fraude met Nederlandse reisdocumenten (klik HIER).

Gepubliceerd in Privacy First in de media

Op 11 juni 2012 vindt in Den Haag het Nationaal Privacy Debat plaats. (Klik HIER voor de aankondiging hiervan op televisie in november 2011.) Met een serie webcasts scherpt Webwereld in de aanloop naar dit nationale evenement alvast de meningen. Onder leiding van journalist Brenno de Winter kruisen steeds enkele deskundigen de degens over een aspect van het thema privacy. In deze vierde video praat De Winter met Vincent Böhre van Stichting Privacy First en social-mediakenner Jan Willem Alphenaar over het doembeeld van de bewakingsstaat, waarin de overheid de burger permanent in de gaten houdt. Volgens Privacy First zijn we niet naar zo'n maatschappij op weg, maar zitten we er al middenin. Hoe heeft dit zo ver kunnen komen en wat valt er tegen te doen?
Bekijk hieronder de webcast:


© Nationaal Privacy Debat / IDG Nederland

Gepubliceerd in Privacy First in de media

Vanochtend vond in Genève de langverwachte Universal Periodic Review (UPR) van Nederland bij de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties plaats. In de aanloop naar deze 4-jaarlijkse sessie hadden Privacy First en diverse andere organisaties hun privacyzorgen over Nederland uitgebreid kenbaar gemaakt bij zowel de VN als bij vrijwel alle VN-lidstaten; meer hierover kunt u HIER lezen. De Nederlandse delegatie bij de UPR-sessie werd geleid door minister Liesbeth Spies (BZK). Opvallend in het opening statement van minister Spies was de volgende passage over privacy:

"The need to strike a balance between different interests has sometimes been hotly debated in the Dutch political arena, for example in the context of privacy measures and draft legislation limiting privacy. The compatibility of this kind of legislation with human rights standards is of utmost importance. This requires a thorough scrutiny test, which is guaranteed by our professionals and institutions. Improvements in this regard have been made when necessary, especially in the starting phase of new draft legislation. This has been done in the field of privacy, where making Privacy Impact Assessments (PIAs), describing the modalities for the planned processing of personal data, are compulsory now." (pp. 5-6, cursivering SPF)

Een "thorough scrutiny test" en verplichte Privacy Impact Assessments zijn de termen die Privacy First hierin positief opvielen.

Voorafgaand aan de UPR-sessie had het Verenigd Koninkrijk reeds de volgende vraag aan Nederland voorgelegd: "Given recent concerns about data collection and security, including the unintended consequences of cases of identity theft, does the Netherlands have plans for measures to ensure more comprehensive oversight of the collection, use and retention of personal data?" (Bron) Namens Nederland beantwoordde minister Spies deze vraag vanochtend in Genève als volgt: "On the review of our laws on data protection, The Netherlands are currently working on a legislative proposal on data breach notification, following announcements of this proposal in the present coalition agreement. The proposal, which would require those responsible for personal data to notify the data protection authorities in case of "leakage" of personal data with specific risks for privacy (including identity theft), is expected to be tabled in Parliament in the coming months." Dit antwoord is nogal summier en bevat helaas geen nieuws. Wel zal een nieuwe Nederlandse wet met een meldplicht voor datalekken hopelijk ook als best practice voor andere VN-lidstaten kunnen gaan gelden. De credits hiervoor gaan naar onze collega's van Bits of Freedom die zich hiervoor lang hebben ingezet.

Tijdens de UPR-sessie noemde Estland de bescherming van privacy en persoonsgegevens een "human rights challenge of the 21st century". Het onderwerp privacy werd vervolgens kritisch aan de orde gesteld door Marokko: "Quelles sont les mesures concrètes entreprises par les autorités néerlandaises pour sécuriser l'utilisation des donnés personnelles?" De Filippijnen brachten het recht op privacy eveneens ter sprake, maar slechts als volgt: "The Philippine delegation appreciates the frank assessment of the Netherlands of the obstacles and challenges it has to hurdle in the implementation of the right to privacy especially in the area of protection of personal information." Kwalitatief beter was het commentaar van Griekenland, India, Rusland en Oezbekistan. Griekenland stelde preventief fouilleren aan de orde: "We take note of reports regarding the issue of preventive body searches. We recommend that the Netherlands ensure that in its application of preventive body searches, all relevant human rights are adequately protected, in particular the right to privacy and physical integrity and the prohibition of discrimination on the basis of race and religion." India sprak Nederland aan op het etnisch profileren van burgers: "We encourage the Dutch Government to take concrete measures to combat discrimination including discrimination by the Government such as ethnic profiling." Ook Rusland adviseerde Nederland "to introduce measures to stamp out discrimination arising as a result of the practice of racist, ethnic or religious profiling." Oezbekistan sprak Nederland hier eveneens op aan: "We are concerned over the existence of information on the increasingly broad use by the police of racist profiling."

Ter reactie op deze punten verwees minister Spies naar recente Nederlandse onderzoeken door politie, wetenschappers en de Nationale, Amsterdamse en Rotterdamse Ombudsman over preventief fouilleren, discriminatie en 'ethnic profiling'. Over digitale profiling (in het algemeen) verklaarde zij bovendien het volgende: "In its recent proposal for a general Data Protection Regulation, the [European] Commission has included rules on profiling, which can address the problems associated with profiling and the protection of personal data. The Netherlands endorses the need for clear legislative rules with regard to this topic, given the specific challenges for privacy protection that this technique entails. This is also the background against which the Netherlands welcomed in 2010 the Council of Europe Resolution on this topic, which contained a useful definition of profiling that would also be beneficial for inclusion in the [European] Commission proposals. The Netherlands will draw attention to this ongoing discussion in Brussels. The Regulation, once in force, will be directly applicable in the Netherlands." 

Al met al vormt dit een redelijke oogst indien men zich realiseert dat het thema privacy bij de VN-Mensenrechtenraad tot nu toe vrijwel geen rol speelde. Wel is het jammer om te moeten constateren dat de meeste landen dit onderwerp nog altijd nauwelijks durven te benoemen, laat staan er concrete, kritische vragen over stellen. Veel aanbevelingen van Privacy First zijn tijdens de UPR-sessie onbesproken gebleven, terwijl diplomaten in Genève en Den Haag er eerder uitgebreide interesse in hadden getoond. Wellicht is men alsnog "teruggefloten" vanuit de departementen in de diverse hoofdsteden, omdat veel privacykwesties ook in eigen land gevoelig liggen? Wie zal het zeggen... Feit blijft echter dat de internationale gemeenschap ruimschoots door Privacy First over e.e.a. is ingelicht en dat de Nederlandse VN-delegatie onder leiding van minister Spies mede daardoor "op scherp" stond. Dit kan het privacybewustzijn en de privacybescherming binnen en buiten Nederland alleen maar ten goede komen. Uiteindelijk is het ons daar allemaal om te doen.

Update 4 juni 2012: vanmiddag nam een werkgroep van de Mensenrechtenraad een concept-rapportage over de Nederlandse UPR-sessie aan. De definitieve versie van deze rapportage zal in september 2012 door de Mensenrechtenraad aangenomen worden, vergezeld van (onderbouwde) acceptatie of verwerping door Nederland per individuele aanbeveling in het rapport. Ook zal de Tweede Kamer nog over e.e.a. debatteren.

In totaal namen 49 landen aan de Nederlandse UPR-sessie deel. Opvallend was dat België, Italië en Oostenrijk niet aan de sessie deelnamen (België en Italië hadden zich eerder wel aangemeld). Wat Oostenrijk betreft is dit met name jammer omdat van alle VN-lidstaten juist Oostenrijk zich vooraf het meest geïnteresseerd had getoond in de schaduwrapportage van Privacy First en had laten doorschemeren een krachtige, algemene aanbeveling aan Nederland over het recht op privacy te kunnen doen.

Update 21 september 2012: vanochtend besprak de VN-Mensenrechtenraad de aanbevelingen aan Nederland en verklaarde de Nederlandse permanente vertegenwoordiger in Genève welke aanbevelingen door Nederland werden overgenomen of verworpen; zie dit VN-document en deze videoregistratie. De twee aanbevelingen van de Mensenrechtenraad die betrekking hadden op ethnic profiling en preventief fouilleren werden beide door Nederland overgenomen, en wel met de volgende toelichting:

ethnic profiling: "The Dutch government rejects the use of ethnic profiling for criminal investigation purposes as a matter of principle." En over profiling in algemene zin: "In its recent proposal for a General Data Protection Regulation, the European Commission included rules on profiling that address problems that may arise due to the increasing technical possibilities for in-depth searches of databases containing personal data. The Netherlands endorses the need for clear legislative rules on this subject, given the specific challenges for privacy protection that this technology entails." (Bron, 98.57 & n. 75).
- preventief fouilleren: "The power to stop and search is strictly regulated in the Netherlands. The mayor of a municipality may designate an area where, for a limited period of time, preventive searches may be carried out in response to a disturbance of or grave threats to public order due to the presence of weapons. The public prosecutor then has discretion to order actual body searches and searches of vehicles and luggage for weapons." (Bron, 98.74 & n. 95).

Zie tevens dit statement van het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten (NJCM) die ochtend (video). Evenals het NJCM betreurt Privacy First het gebrek aan overheidsconsultatie in de aanloop naar de UPR-sessie van vandaag.

Hieronder is de sessie van 31 mei jl. in zijn geheel te zien (klik HIER voor beeldfragmenten per land afzonderlijk):

Gepubliceerd in Wetgeving

Vorig jaar rond deze tijd besloot de Tweede Kamer dat de opslag van vingerafdrukken in een centrale databank moest worden afgeschaft. Deze week werd duidelijk dat een meerderheid van de Tweede Kamer inmiddels ook tegen de opslag van vingerafdrukken in een chip in het paspoort is. In het programma Fresh'n Up op jongerenzender FunX Radio werd Vincent Böhre van Privacy First vandaag om een reactie gevraagd. Beluister hieronder het hele fragment:

Gepubliceerd in Privacy First in de media

Onderstaand artikel van Privacy First-medewerker Vincent Böhre verscheen deze maand in het tijdschrift De Filosoof (Universiteit Utrecht). Morgen staat de Paspoortwet hoog op de politieke agenda: in een debat met minister Spies (BZK) zal onder meer de kwestie van de verplichte afname van vingerafdrukken voor paspoorten en identiteitskaarten aan de orde komen. Onlangs heeft Privacy First er bij alle partijen in de Tweede Kamer (opnieuw) op aangedrongen om z.s.m. een identiteitskaart zonder vingerafdrukken in te (laten) voeren en de regering te verzoeken om de Paspoortverordening op Europees niveau te laten herzien. Dit opdat verplichte afname van vingerafdrukken óók voor het paspoort geschrapt zal kunnen worden of tenminste een vrijwilig karakter zal kunnen krijgen. Onderstaande biedt daartoe een quick recap met een positieve twist. Een digitale versie van het artikel vindt u HIER (pp. 6-7, pdf).

Het biometrisch paspoort als onbedoeld privacygeschenk

"Eind 2001 stelde het CDA voor om de vingerafdrukken van alle Nederlanders via het paspoort op te slaan voor opsporingsdoeleinden. Door andere partijen werd dit voorstel echter meteen naar de prullenbak verwezen omdat het zou leiden tot een Big Brother maatschappij. Toch werd een nog verdergaand voorstel zeven jaar later vrij geruisloos tot wet verheven. Naast opsporing en vervolging zouden ieders vingerafdrukken en gezichtsscan (biometrische persoonsgegevens) onder de nieuwe Paspoortwet tevens gebruikt kunnen worden voor terrorismebestrijding, binnen- en buitenlandse staatsveiligheid, rampenbestrijding en de uitvoering van wettelijke identificatieplichten. Dit zonder dat deze wettelijke doeleinden parlementair waren besproken.[1] Door de Eerste Kamer werd de nieuwe Paspoortwet zelfs zonder stemming aangenomen. Media stonden erbij en keken ernaar. Hoe had dit zo ver kunnen komen?

‘Bystander syndrome’

In zekere zin was (en is) de nieuwe Paspoortwet emblematisch voor het Nederlandse tijdsgewricht na ‘9/11’. Een tijdsgewricht waarin (veronderstelde) anti-terrorismemaatregelen moeiteloos door ons parlement konden worden geloodst. Dergelijke maatregelen zouden immers onze veiligheid bevorderen, zo werd ons voortdurend verteld. Mensen hebben van nature de neiging om autoriteiten te volgen en zich naar de status quo te schikken. In mensenrechtelijke zin zou men het tijdsgewricht na ‘9/11’ kunnen beschouwen als een gigantisch experiment van Milgram: zonder al te veel weerstand zijn diverse mensenrechten jarenlang op de maatschappelijke pijnbank gelegd. Zo ook bij de totstandkoming van de nieuwe Paspoortwet. Ieder Eerste Kamerlid had tenminste om een parlementaire stemming kunnen verzoeken. Journalisten en wetenschappers hadden tijdig aan de bel kunnen trekken. Maar men stond erbij en keek ernaar. Deze wet zou Nederland immers ‘veiliger’ maken. Maar waarop was die aanname gebaseerd? Zou Nederland door de massale opslag van vingerafdrukken in reisdocumenten en bijbehorende databanken niet juist onveiliger worden? Deze vraag was nooit publiekelijk gesteld, laat staan bediscussieerd en beantwoord.

Disproportioneel

Hét Nederlandse overheidsargument voor de invoering van vingerafdrukken in paspoorten en identiteitskaarten luidt reeds sinds eind jaren 90 als volgt: dit zou lookalike fraude met reisdocumenten belemmeren. Bij lookalike fraude misbruikt iemand andermans reisdocument waarmee hij/zij uiterlijke gelijkenis vertoont. Over de omvang van dit type fraude zijn in de parlementaire geschiedenis nauwelijks vragen gesteld. Uit een recent Wob-verzoek van Privacy First bleek dat het slechts om tientallen gevallen per jaar gaat (met Nederlandse reisdocumenten op Nederlands grondgebied).[2] In het licht hiervan is de invoering van vingerafdrukken in reisdocumenten van 17 miljoen Nederlanders volstrekt disproportioneel. Dit nog afgezien van de tientallen, zo niet honderden miljoenen euro’s die de overheid erin geïnvesteerd heeft.

Risico’s

Met de invoering van een ‘biometrische identiteitsinfrastructuur’ ontstaat een nieuwe vorm van fraude die buitengewoon moeilijk te detecteren en te bestrijden is: biometrische identiteitsfraude, bijvoorbeeld door hacking. Niet alleen bij argeloze burgers en bedrijven, maar ook in de publieke sfeer (spionage). Daarnaast is inmiddels gebleken dat in 21-25% van de gevallen de biometrische gegevens in de chip van Nederlandse reisdocumenten niet correct kunnen worden uitgelezen (geverifieerd). Bij controle lopen burgers dus een groot risico om ten onrechte van fraude verdacht te worden. Voor terrorismebestrijding is het biometrische paspoort al evenmin geschikt: terroristen gebruiken over het algemeen hun eigen, authentieke reisdocumenten. Over het gebruik van biometrie in de sfeer van veiligheids- en inlichtingendiensten is helaas weinig bekend, al laten mogelijke doelen zich makkelijk raden: identificatie van zwijgende verdachten en "interessante" personen in de openbare ruimte, herkenning van emoties, leugendetectie en de herkenning of inzet van dubbelgangers. Hetzelfde geldt in het domein van opsporing en vervolging, ook in combinatie met openbaar cameratoezicht en automatische gezichtsherkenning. Bovendien maakt het RFID (Radio Frequency Identification)-aspect van de chip in het document uitlezen op afstand mogelijk; burgers kunnen hierdoor ongemerkt worden geïdentificeerd en gevolgd. Bij wettelijke identificatieplichten denke men verder aan de eventuele invoering van vingerscans bij banken, sociale diensten, het internet etc. (Sinds eind vorig jaar loopt reeds een Nederlandse pilot met mobiele vingerscanners voor de politie.) En tenslotte is er nog het domein van de rampenbestrijding: biometrie als logistiek middel of ter identificatie van slachtoffers bij grootschalige calamiteiten. Al met al gaan deze mogelijkheden voor het gebruik van biometrie minstens tien, zo niet honderd stappen verder dan louter de bestrijding van lookalike fraude met reisdocumenten. Hierbij dient men zich te realiseren dat al deze mogelijkheden vroeg of laat zullen worden gebruikt. In jargon heet dit function creep; historisch gezien is dit onvermijdelijk. Wetenschappelijk onderzoek naar toekomstige toepassingen van biometrie vindt continu plaats. Daarnaast is de democratische rechtsstaat helaas geen universeel of statisch fenomeen, zelfs niet in onze eigen contreien. Het is dan ook zeer twijfelachtig of onze wereld door grootschalige inzet van biometrie ‘veiliger’ zal worden.

Positieve kentering

Het is precies deze zorg die in de zomer van 2009 een kleine Nederlandse revolutie veroorzaakte: de totstandkoming van de nieuwe Paspoortwet leidde destijds tot een storm van kritiek en tot het ontstaan van de huidige Nederlandse privacybeweging. Nieuwe privacy-organisaties als Privacy First schoten als paddenstoelen uit de grond, maatschappelijke coalities werden gesmeed en rechtszaken tegen de nieuwe Paspoortwet opgetuigd.[3] Dit maatschappelijke boomerang-effect duurt tot de dag van vandaag voort. Het recht op privacy staat sindsdien steeds hoger op de maatschappelijke en politieke agenda. In die zin is het biometrische paspoort vooralsnog een onbedoeld geschenk uit de hemel gebleken."



[1]
Zie Vincent Böhre, Happy Landings? Het biometrische paspoort als zwarte doos, WRR oktober 2010, http://www.wrr.nl/publicaties/publicatie/article/happy-landings-het-biometrische-paspoort-als-zwarte-doos-46/.
[2]
Zie Privacy First, Onthullende cijfers over 'look-alike' fraude met Nederlandse reisdocumenten (20 maart 2012), http://www.privacyfirst.nl/acties/wob-procedures/item/524-onthullende-cijfers-over-look-alike-fraude-met-nederlandse-reisdocumenten.html.
[3]
Zie Böhre supra noot 1, p. 111 e.v.

Gepubliceerd in Metaprivacy

In heel Nederland is het inmiddels schering en inslag aan het worden: openbaar cameratoezicht. Camera's met gezichtsherkenning, met bewegingsdetectie en zelfs met ingebouwde microfoons. Dit alles voor de "veiligheid". Wiens veiligheid? De veiligheid van de beurskoersen van de beveiligingsindustrie? De gemoedsveiligheid van politici met een veiligheidspsychose? In de vroege ochtend van woensdag 9 mei jl. werd Vincent Böhre van Privacy First door jongerenzender FunX Radio geïnterviewd over cameratoezicht en de vraag in hoeverre dit onze privacy aantast. Het hele fragment kun je hieronder terugluisteren (mp3, 6 MB):

 

Gepubliceerd in Privacy First in de media

Op woensdagavond 2 mei jl. vonden in het Amsterdamse Verzetsmuseum een viertal lezingen en discussie plaats over de vraag in hoeverre de bevolkingsregistratie in de jaren 30 en 40 te vergelijken is met de huidige situatie. Naast Annemiek Gringold (Hollandse Schouwburg), Peter Romijn (NIOD) en Bob de Graaff (Universiteit Utrecht) nam Vincent Böhre namens Privacy First deel aan het debat:

"Vincent Böhre, voorzitter van het Platform Bescherming Burgerrechten en werkzaam bij Privacy First, trok een aantal tekenende parallellen tussen het biometrisch paspoort, waar hij in 2009 een WRR-onderzoek naar deed, en het Persoonsbewijs van 1940. "Allereerst werden zowel het Persoonsbewijs als het hedendaagse biometrisch paspoort ingevoerd in 'oorlogstijd'; waar destijds de Tweede Wereldoorlog woedde, accepteren we tegenwoordig allerlei registraties mede onder druk van de War on Terror die al tien jaar bezig is. Er is bovendien bij beide sprake van propaganda; in de voorlichtingsfolder van de overheid staat dat het nieuwe paspoort er is om fraude tegen te gaan. Dat het biometrisch paspoort nog vier, vijf andere doelen dient, waaronder strafrechtelijk onderzoek, is nooit verteld in voorlichtingscampagnes."

Verder gold zowel het Persoonsbewijs als het biometrisch paspoort als een prestigeproject van de Nederlandse overheid, beide werden gepresenteerd als een state-of-the-art product waarmee Nederland een voortrekkersrol vervulde. Ten slotte wordt het identiteitsbewijs ingezet als controle-instrument; een bevolking biometrisch in kaart brengen is een krachtig middel om verzet te breken. Ook in Irak en Afghanistan worden identificatiebewijzen ingezet om opstandelingen te bestrijden.
Volgens Böhre is het verzet in Nederland er hedendaags wel degelijk, maar via andere wegen. "Er lopen op dit moment meerdere rechtszaken tegen de verplichte vingerafdruk in het paspoort. In plaats van een bombardement op het Centrale Bevolkingsregister, kunnen we vandaag de dag spreken van een juridisch bombardement.""

Lees HIER het hele verslag van de avond op de website van het Platform Bescherming Burgerrechten.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

"'Het functioneren van het CBP? Zeg maar gerust het dísfunctioneren van het CBP", reageert Miek Wijnberg strijdvaardig op de vraag hoe het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) het doet. De voorzitter van de burgerrechtenvereniging Vrijbit, die zich verzet tegen 'controledrift' en 'afbraak van privacy', is zeer kritisch. "Het begint al bij de term privacy. Het CBP wordt geacht dé privacywaakhond van Nederland te zijn. Maar privacy gaat veel verder dan alleen het bewaken van persoonsgegevens."

Er blijft dus veel liggen buiten het mandaat van het CBP, beaamt Vincent Böhre, jurist bij Privacy First, een stichting die zich sterk maakt voor behoud en bevordering van het recht op privacy. Wijnberg en Böhre noemen als voorbeeld een wetsvoorstel dat preventieve huiszoekingen mogelijk maakt om uitkeringsfraude te bestrijden.

Het CBP zou niet pas achteraf met boetes moeten kunnen optreden, maar ook moeten kunnen voorkomen dat er bepaalde systemen worden aangelegd, vindt Wijnberg. "Maar dat is het tweede structurele probleem: de adviesfunctie van het CBP stelt geen fluit voor." Bij wetsvoorstellen wordt de waakhond pas 'op het laatste nippertje' om advies gevraagd. Wijnberg: "Het CBP moet binnen zes weken reageren, dat is erg kort. Bovendien kunnen die adviezen net zo makkelijk terzijde worden gelegd. En dan is het CBP niet zo assertief dat het aan de bel trekt bij de Tweede Kamer."

Dat gebeurde bijvoorbeeld bij de Paspoortwet. "Het [wetsvoorstel] was volgens het CBP in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, omdat het ging om het grootschalig opslaan van biometrische gegevens die ook voor justitieel gebruik zouden worden ingezet", zegt Wijnberg. "De regering zei: we gaan er toch mee door. En Kohnstamm deed niks."

De toezichthouder mag sowieso wel wat pro-actiever worden, vindt Böhre. "Het CBP laat zich op belangrijke momenten veel te weinig zien in het publieke debat." Hij noemt de discussie over de Paspoortwet in 2009. "In de zomer barstte een hevig debat los, maar het CBP liet maanden niets van zich horen. Als je eerder al advies hebt gegeven, wil dit niet zeggen dat je later niet nog eens kritisch aan de bel kunt trekken. Een gemiste kans. Andere toezichthouders zoals de Nationale Ombudsman en de Commissie Gelijke Behandeling doen dit beter."

De organisaties hebben ook kritiek op de traagheid en bureaucratie van het CBP en op het feit dat individuele burgers geen klacht kunnen indienen bij de waakhond. Böhre: "Er is een telefonisch spreekuur, maar daarbij krijg je alleen een algemeen antwoord. Je weet niet wat ermee gebeurt. Of je kunt een misstand 'signaleren' door een formulier in te vullen. Pas bij veel signalen wordt er misschíen iets mee gedaan.""

Bron: BN/DeStem, Brabants Dagblad, Dagblad De Limburger, De Gelderlander, Limburgs Dagblad, Twentse Courant Tubantia, Provinciale Zeeuwse Courant, Leeuwarder Courant, Eindhovens Dagblad, De Stentor / Deventer Dagblad, Dagblad Flevoland, Gelders Dagblad, Nieuw Kamper Dagblad, Sallands Dagblad, Zutphens Dagblad & Zwolse Courant, 17 april 2012.

Gepubliceerd in Privacy First in de media
Getagged onder

Deze week staat in Nieuwe Revu een kritisch artikel van journalist Casper Sikkema over het paspoort met #vingerafdrukken. Hieronder een aantal fragmenten met o.a. Privacy First-medewerker Vincent Böhre:

"Steeds meer Nederlanders weigeren hun vingerafdrukken af te geven voor het nieuwe biometrische paspoort. De pas zou onveilig zijn en een inbreuk op de privacy. Revu zoekt uit hoe het zit.

(...) Drie burgers spanden afgelopen week een zaak aan bij de Raad van State. Ze eisen dat ze worden vrijgesteld van de plicht om vingerafdrukken af te geven voor een nieuw paspoort, omdat ze het een inbreuk op hun privacy vinden.

En andere critici zeggen dat het nieuwe paspoort lang niet zo veilig is als de overheid ons wil doen geloven. Aanvankelijk werd aangenomen dat Nederland dankzij de zegeningen van de technologische vooruitgang weer een stuk veiliger zou worden. Via een centrale database konden opsporingsdiensten verdachte elementen makkelijker oppakken. En als er even door werd gepakt, zou Nederland snel marktleider zijn op biometrisch gebied. Iedereen veiliger, Nederland rijker. Een paar jaar en drie vernietigende rapporten verder gaat de overheid de miljoenen opgeslagen vingerafdrukken weer uit de systemen halen. Als alles goed gaat.

Brenno de Winter, expert op het gebied van overheid en technologie heeft een duidelijke mening over de invoering van het biometrische paspoort. 'Hier zie je heel duidelijk dat er in Nederland een heilig geloof in technologie bestaat, waarbij wij risico's volledig negeren. (...)'

Max Snijder deed in opdracht van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) onderzoek naar de invoering van het biometrisch paspoort. Hij schrok van de naïviteit waarmee Nederland dat klusje wel even dacht te klaren. '(...) Toen vorig jaar naar buiten kwam dat er bij een steekproef in Roermond een foutpercentage van 21% was bij het verifiëren van vingerafdrukken vanuit de database, leek minister Donner daar niet eens van te schrikken.' Snijder beschrijft het heilige geloof in de technologie, de tunnelvisie van de verantwoordelijke ambtenaren en het gebrek aan een duidelijk doel. (...)

Ook Vincent Böhre deed in opdracht van de WRR onderzoek naar het biometrisch paspoort. 'Er zijn rare dingen gebeurd die gedeeltelijk zijn te verklaren uit de angst voor terrorisme. Dan nemen mensen en ook overheden vaker irrationele beslissingen.'  Volgens Böhre leefde bij de overheid een tijd het idee dat drastische privacy-inperkende beslissingen zo snel en geruisloos mogelijk doorgevoerd moesten worden. 'Men dacht dat als ze het maar snel genoeg doen het later niet meer terug kon worden gedraaid. Daar beginnen ze eindelijk van terug te komen. Privacy is een mensenrecht. De overheid weet dat ze rechtszaken kan verwachten als daar geen rekening mee wordt gehouden.'

Het gevaar van een overheid die alles kan zien, is volgens Böhre niet vaag en ver weg. 'We bouwen nu een infrastructuur die door bijvoorbeeld een totalitair regime kan worden misbruikt. Daarom moeten er in de wetgeving en technische infrastructuur remmen worden ingebouwd om misbruik te voorkomen.'

In  WikiLeaks-documenten staat dat Nederland voor Amerika een proeftuin voor antiterroristische wetgeving was. Böhre: 'De Amerikanen spraken over ons als dat land waar je alles kon invoeren wat je maar kunt bedenken. De economische belangen zijn groot. Nederland dacht er goede sier mee te maken en uiteindelijk marktleider te worden. Dat imago heeft een deukje opgelopen toen bleek dat een kwart van de vingerafdrukken niet kan worden geverifieerd.'

De industriële lobby speelde volgens Böhre ook een grote rol in de totstandkoming van het nieuwe paspoort. 'Het belangrijkste argument om het biometrische paspoort in te voeren, was het tegengaan van lookalike-fraude. Ik heb de cijfers daarover boven tafel kunnen krijgen. Het gaat om slechts tientallen gevallen per jaar. Wat mager om de hele bevolking op te zadelen met een verplicht biometrisch paspoort.'"

Bron: Nieuwe Revu nr. 15, 2012 / editie 2927, pp. 10-11.

Gepubliceerd in Privacy First in de media

In het programma Fresh'n Up op FunX Radio werd Privacy First voorzitter Bas Filippini deze week geïnterviewd over de verschillende rechtszaken tegen de nieuwe Paspoortwet en over de Nederlandse aantasting van de privacy in het algemeen. De nieuwe Paspoortwet staat namelijk niet op zichzelf, maar past in een breder patroon van een overheid die iedereen wil kunnen controleren met behulp van vingerafdrukken, gezichtsscans, camera's met gezichtsherkenning, profiling, opslag van communicatiegegevens, cameratoezicht aan de landsgrenzen en binnenkort misschien zelfs mini-drones. Beluister hieronder het hele fragment!

 

Gepubliceerd in Privacy First in de media
© 2024 All Rights Reserved. Carefully crafted by WarpTheme

Onze Partners

logo Voys Privacyfirst
logo greenhost
logo platfrm
logo AKBA
logo boekx
logo brandeis
banner ned 1024px1
Deelnemer Privacycoalitie
Control Privacy
Pro Bono Connect logo 100